zijnde, hoorde hij 'verschelde reijsen schieten, ja zelfs dat er vijf tot zes schoten agter
den ander wiert gedaan zonder ophouden, waardoor de vogels in de kooij zijnde wiert
gestoort en uijt de kooij zijn weggevlogen
Bij het horen van de knallen zijn ze buiten de kooi getreden tot op de draai van de kooi
en toen zagen ze dat er enige personen aan het schieten waren aan de zeedijk.
Cornelis Dircksz Meester is naar de zeedijk gelopen en daar vond hij twee personen:
Jan Louwrisz Boodt en Speenes Gerrit, beiden uit Kolhorn. 'Na eerst en alvorens deze
twee gemelde personen te hebben zien schieten met de snaphaan binnen de afpaling of
omtrek van 500 roeden gerekent op de distentie van meergemelde vogelkooij, als
zijnde op de Westfriese Zeedijk tussen het huijs van Jacob Sijmonsz. de Waal en het
huijs van Willem Blook
De twee snoodaards hadden elk een snaphaan bij zich, waarna deposant daarop
gemelde personen wegens het schieten 'in boeten (bekeurd) heeft geslagen volgens het
placaat, waarop Jan Boodt deemoedig vroeg of hij van de boete verschoond mocht
blijven als hij beloofde het nooit meer te zullen doen.
De tweede comparant (Speenes Gerrit) hiermede komende ter dispositie verklaarde dat
hij deposant (De Waal) in de voorleden jaare 1752, zijnde in de herfst van 't gemelde
jaar sonder egter den preciesen dag te kunnen bepalen heeft gestaan bij en voor
deszelfs huijs, na alvorens gehoort te hebben, dat er wiert geschoten met de snaphaan,
dat toen ter tijdt, zo hij voor zijn huijs was staande welke gelegen is aan de zeedijk
onder de banne van Winckel den eersten deposant Cornelis Meester met en benevens
Jan Louwrisz Boodt bij de anderen stonden en in redenwisseling waren over het
schieten en toen had gehoort dat de eerste deposant hem Jan Louwrisz Boodt
bekeurde, waarop meergemelde Jan Louwrisz Boodt antwoorde voor zoverre hij
deposant konde horen van geen meer an
In de laatste snaphanenakte getuigt Sijmon Jacobsz de Waal, 'zijnde van competenten
ouderdom en wonende aan de zeedijkt.b.v Gerardt Boers, baljuw en schout van
Schagen en de Schagerkogge het volgende: namelijk dat hij deposant 'in den
gepasseerde jare 1752 in de herfst van 't zelve jaar op een nademiddag zonder egter
de dag te kunnen zeggen, onder melktijdt, zoo als hij deposant zat te melken de
personen Jan Louwrisz. Boodt en Gerrit Rensz (Speenes Gerrit), ieder met een
snaphaan heeft zien gaan en ook heeft gezien dat ze 'ider bisonder met hunne
snaphaan hebben geschotenaan de zeedijk tussen het huis van zijn vader Jacob
Sijmonsz de Waal en het huis van Willem Blook, staande en gelegen aan gemelde
zeedijk.
Sijmon Jacobsz de Waal was 'bereijdt om 't selve met solemneele eede te
bekrachtigen.
Aldus gepasseerd in de herberg de Swaen te Winkel'.
Hoeveel eenden werden er vroeger gevangen?
De aanvoer bedroeg in 1860 alleen uit Noord-Holland 17.700 wilde eenden en in 1898
werden er vanuit dertien van de dertig Noordhollandse eendenkooien 11.386 eenden
aangevoerd, waaronder 7.874 wilde eenden, 1.710 talingen, 1.234 smienten en 568
pijlstaarten. In 1830 werd er vanwege de invoering van de grondbelasting een
onderzoek uitgevoerd naar de inkomsten uit onroerend goed. Hieruit krijgt men
Historisch Niedorp, informatieblad 2009 nr. 1
