-27-
Matthijsz was al veel eerder omgekomen bij een uitval uit de belegerde stad.
Uiteindelijk werden de leiders gefolterd tot de dood erop volgde om vervolgens in drie
kooien te worden opgehangen aan de toren van de Lambertikerk. Men liet ze daar
expres nog een halve eeuw hangen.
Hoe ging het intussen in het noorden van Holland?
Enkele Monnickendammers waren in Amsterdam betrapt op het kopen van wapens.
Wellicht was dat de reden dat de Regering zo'n 300 a 400 soldaten Waterland
instuurde om daar eindelijk eens orde op zaken te stellen. De anabaptisten vluchtten
met hun bootjes het waterrijke gebied in of probeerden via Monnickendam de
Zuiderzee te bereiken. Velen werden gesnapt, hun huizen afgebroken of verbrand,
maar het krijgsvolk misdroeg zich zodanig dat het na twee weken vervolging moest
worden afgedankt. Vanuit Waterland werd nu met zo'n 60 betrouwbare knechten de
strafexpeditie voortgezet naar de Niedorperkogge. Daar vluchtte men uiteraard ook
alle kanten op. Bij Kolhorn probeerde een vijftal vervolgers acht mannen en zes
vrouwen te grijpen. Maar die lieten zich niet gewillig pakken. Ze sloegen geducht van
zich af en namen de benen. In Barsingerhorn moesten de vervolgers de wijk nemen tot
in de kerk, omdat de dorpelingen enkele gevangenen niet bepaald zachtzinnig wilden
ontzetten. Een paar dagen later werden drie personen die gewond waren geraakt bij
Kolhorn alsnog ingerekend. Bewoners uit Nieuwe Niedorp werden nu gedwongen een
galg op te richten aan het begin van de weg naar Schagen (de huidige Oosterweg).
Zonder vorm van proces werden de drie gewonden hier gehangen om weer eens als
schrikwekkend voorbeeld te dienen. Hun namen zijn me jammer genoeg niet bekend.
Er kunnen aan dit verhaal nog talloze gebeurtenissen worden toegevoegd die het
extreme begin van de doopsgezinde kerk illustreren, maar het lijkt me genoeg.
Vooruit, nog eentje dan: Gerrit Ysbrantsz en zijn vrouw waren door het Hof gedaagd
en wegens absentie gebannen. Maar ze raakten bij een razzia in Nieuwe Niedorp,
maart 1535, gewond bij hun arrestatie. De volgende dag werden ze, opnieuw zonder
proces, door de beul Jan Gobelon opgehangen. Hij kreeg voor elk een gulden.
Om het latere vervolg wat samen te
vatten: de geest bleef vaardig. Soms wat
aan de wraakzuchtige kant, soms aan de
vredelievende. De eerste richting
overleefde zichzelf niet, de tweede wel.
Onder Willem van Oranje, ten tijde van
de 80-jarige oorlog, werden de
doopsgezinden niet meer vervolgd en
steunden ze de politiek van Willem.
Als belangrijkste figuur van de
vredelievenden moet nog worden
genoemd de voormalige priester Menno
Simonsz (1496-1561). Niet voor niets
werd er tot ver in de vorige eeuw gesproken over men(n)isten en men(n)istenkerken.
In de Zijpe bij Burgerbrug vinden we de Mennistenbuurt