Zeldzaam waren zulke beeldjes in de kruisgewelven van kerken niet. In de Sint Olofs- of Oudezijdskapel te Amsterdam kan men ze o.a. zien. Soms moesten deze beeldjes de vier evangelisten voorstellen, maar in Nieuwe Niedorp/Oosthuizen zouden de vier figuren onder de kruisingsspanten, naar men aannam, wel de stichters van de Niedorper kerk voorstellen. Waar elders bijvoorbeeld de vier evangelisten zijn aangebracht, lijken in Nieuwe Niedorp gewone burgers te zijn vereeuwigd. Zoiets was in de gewelfsculptuur blijkbaar mogelijk. Wanneer het in Nieuwe Niedorp werkelijk de stichters zouden zijn, zou hierin met een vette knipoog het apostelthema gezien kunnen worden. De apostelen immers konden als dé dragers van de christelijke kerk worden beschouwd. In Schellinkhout zijn het volksfiguurtjes die zogenaamd het kruisgewelf torsen. In de Amsterdamse Oude Kerk komen zowel burgers als volkse lieden voor, vijftien beeldjes in totaal. De vier Niedorper schalkbeeldjes zijn in de Oosthuizer kerk in goed gezelschap. Van de drie altaren die de kerk in het begin van de 16e eeuw bezat zijn twee altaartafels bewaard gebleven. Eén is bij de jongste restauratie opnieuw opgemetseld in het koor. De andere vinden we terug als drempel bij de zuideringang. Belangrijk is ook het houten koorhek op de grens van koor en dwarsschip. Zijn kandelabervormige spijlen en dolfijnachtig ornament getuigen van de invloed der renaissance in de laatmiddeleeuwse houtsnijkunst. Het pronkstuk van de Oosthuizer kerk is zeker het orgel uit de 16e eeuw. Het moet rond 1520 zijn geplaatst, driejaar nadat de kerk was voltooid en behoort tot de oudste orgels van Nederland. Blozende vrouwtjes Ipke, Geelstipke, Bockmeijer en Abbegeerke zijn wat donker geverfd. Het fleurigst zijn nog de vrouwtjes, compleet met blozend rode wangetjes en witte (houten) kanten kragen, terwijl een van de mannen de balkenlast op zijn schouders wat zwaar vindt. Hij legt zijn hoofd op zijn rechterschouder. De mannen in donkerbruin en rood vallen op door hun mooie lange witte kousen in de sierlijke laarsjes. Nog even ter geruststelling van de Niedorpers: het voor Niedorp verloren gegane viertal wordt in Oosthuizen bijzonder goed verzorgd. Ippie, Stippie en hun metgezellen zitten hoog en droog in Oosthuizen en willen niet meer terug naar Nierup. -11- Hier de schalkbeeldjes van de mannen van verschillende kanten gefotografeerd Winkel, 2007

Tijdschriften Regionaal Archief Alkmaar

Informatieblad stichting Historisch Niedorp | 2007 | | pagina 11