-35-
Openbare verlichting in de gemeente Oude Niedorp
Vanwege de gevaarlijke situatie kon de raad van Oude Niedorp er in het voorjaar van
1877 mee instemmen dat er een petroleumlantaarn geplaatst werd bij de ophaalbrug
over de sluis in Verlaat. Enige jaren later kwamen er meerdere verzoeken vanuit het
dorp Zijdewind, dat deel uitmaakte van de gemeente Oude Niedorp, om gevaarlijke
weggedeelten te verlichten, zoals bij de brug naar de Slootgaard, de wegsplitsing bij
de woning van timmerman O. Hille en langs de weg naar de spoorweghalte aan de
Weel.
De gemeenteraad kon zich wel indenken dat al deze plekken bij duistere nachten
gevaarlijke situaties op konden leveren. Toch bleef men van mening er geen lantaarns
te moeten plaatsen. Er waren, zo vond de raad, wel meerdere duistere en gevaarlijke
plekken aan te wijzen waar verlichting welkom zou zijn. Als daar aan toegegeven zou
worden, betekende dat het begin voor een algehele verlichting in de gemeente. B. en
W. moesten erkennen dat meerdere plekken voor verlichting in aanmerking kwamen
maar dat niet alleen de gemeente voor de kosten op kon draaien. Als een op te richten
verlichtingscommissie zich ervoor wilde beijveren dan kon subsidie worden verleend.
Er was in 1906 al een onderzoek verricht om de gehele gemeente van een veertigtal
petroleumlantaarns te voorzien. Dat zou ongeveer 800 363) moeten kosten. De
gemeenteraad was toen van mening dat het verkeer in de dorpen bij avond te gering
was om de daaraan verbonden kosten te rechtvaardigen. In 1908 kreeg een inmiddels
opgerichte commissie in Zijdewind toestemming tot het plaatsen van twee lantaarns
langs de weg naar de spoorweghalte. Een jaar later mocht de plaatselijke commissie in
Oude Niedorp en 't Verlaat nog tien lantaarns plaatsen. De kosten van aanschaf
Links op de foto een straatlantaarn met gasverlichting aan de Dorpsstraat in Oude Niedorp omstreeks 1925
