De Langereis
Dit landschappelijk aantrekkelijk water dat aan weerszijden door dijken is omzoomd
met daaraan verspreid liggende bebouwing vormt al van oudsher de grens tussen de
gemeente Hoogwoud (thans Opmeer) en de gemeenten Winkel, Nieuwe Niedorp en
Oude Niedorp (thans behorende tot de gemeente Niedorp).
Omstreeks 1300 lag er reeds een waterkerende dijk die het Hoogwouderambacht
scheidde van de Niedorperkogge. Onder langs de dijk bevond zich een klein
veenriviertje dat zijn oorsprong had bij Veenhuizen en de Berkmeer. Het mondde uit in
de Zuiderzee. Aangezien meerdere polders onder Obdam en Hensbroek hun overtollig
water afvoerden op het meer "De Waert" (de na 1629 drooggemalen Heerhugowaard),
steeg het water daarvan soms onrustbarend, met alle nare gevolgen van dien. Al lange
tijd werd het idee geopperd om "De Waert" een rechtstreekse verbinding naar de zee te
geven.
In 1386 verleende Hertog Albrecht daarom vergunning aan die van Geestmerambacht,
Obdam en Hensbroek een nieuw uitwateringskanaal te graven vanuit "De Waert" naar
de Zuiderzee. Spoedig na de verkregen toestemming is er begonnen met het uitdiepen
en verbreden van het bestaande water "de Wijsend", zoals de huidige Langereis in het
verre verleden werd genoemd.
Wat er precies is misgegaan ten tijde van de werkzaamheden en erna is niet geheel
duidelijk, maar er was wel veel weerstand en ook sabotage tijdens het verbeteren van
de bestaande waterloop. Al spoedig bleek dat het noodzakelijk onderhoud achterwege
bleef met gevolg dat de waterloop dichtslibde en binnen korte tijd dichtgroeide met
waterplanten. Blijkbaar stroomde er desondanks nog water vanuit "De Waert" door de
"Wijsend". De bevolking onder Aartswoud en Hoogwoud protesteerde namelijk hevig,
bevreesd als zij was dat bij een dijkdoorbraak van de "Wijsend" haar landerijen in het
Hoogwouderambacht blank zouden komen te staan.
Er bestond daarbij eveneens angst dat de uitwateringssluizen gelegen in de zeedijk bij
Aartswoud tijdens een zware storm zouden worden weggeslagen door het onstuimige
zeewater. Mede onder druk van de opstandige bevolking werd met toestemming van
Hertog Albrecht "de Wijsend" in 1397 afgedamd en de sluizen in de zeedijk
geblokkeerd terwijl er vóór de uitwateringssluizen een boogvormige dam werd
aangelegd. Ondanks dat deze onderneming voor waterafvoer via "de Wijsend" was
mislukt bleef de noodzaak daarvan bestaan. Op 4 september 1458 verleende Philips
van Bourgondië opnieuw vergunning tot het maken van een uitwatering via "de
Wijsend" naar de Zuiderzee waarbij de Geestmerambachtsluizen weer geopend en
hersteld dienden te worden. In 1461 kwamen deze werkzaamheden gereed en had "De
Waert" een rechtstreekse verbinding met de Zuiderzee.
-1-
door Aat Wit