E E D T -25- De huizenbouwers langs de zeedijk moesten via de keur in toom gehouden worden anders werden er in het wilde weg op- en afritten in het dijklichaam gegraven en dat moest niet. In de keur werd opgenomen dat zowel de binnen- als de buitenglooiing van de hele Niedorperkoggedijk door het timmeren van huizen, maken van kluften en van particuliere op- en afgangen, niet mocht worden beschadigd, uitgehold of verminderd. Het graven van wortelkuilen of andere holen in het dijklichaam werd bestraft met "dijkhating"De overtreder mocht zich dan niet meer op of bij de dijk vertonen. Verbreding van de wierriem van de Niedorperkoggedijk stond in 1668 ook op de begroting. Zes voeten moest de wierriem breed worden. Waar ze al breder was, daar mocht niets afgestoken of ingesnedenworden. Met het opdelven van de oude wiervakken mocht men niet beginnen voordat er een goede qualiteit wier op de dijk of bij de kant is tot lands verselijkheid en oordeer. Het riet (tegen 12 stuivers 't snees) voor de mat (bodem), moest goed en in verband gelegd en daarop het wier, goed in verband gezet. Het wachthuis op Colhorn Zo er aan de dijk gewerkt moest worden met aarde van binnendijks, dan zou 't Zoodgelt (de prijs voor de gespitte zoden) voortaan betaald worden volgens de order van de Hoge Raad. Dat was tegen zes stuivers voor 't eerste spit. Het eerste spit, de bovenste laag met de graszode er aan, dus vrij stevig, gaf altijd de beste prijs. Goederen en schuiten over de dijk halen mocht alleen tussen en bij de sluizen van Kolhorn en ook bij de Niedorperkoggesluis, later de Boe- rensluis genoemd. In de beraming van 1668 wordt ook over "het wacht huis op Colhorn bij de Oostersluis" gesproken. Als we de kaart van Geleijn Clooster er weer bij nemen, dan zien we in de uiterste linker bovenhoek van de kaart, bij Kolhorn, een gebouwtje staan op de buitenglooiing van de dijk, iets ten oosten van de Oostersluis. Dit zou het wachthuis moeten zijn. Waar diende het wachthuis voor? De naam verklaart al veel. Bij storm, springvloed en kruiend ijs werd er wacht gelopen. Ook zal zeker toezicht gehouden zijn op de Kolhorner haven vanuit het wachthuis. Tevens kon er wat materiaal voor noodreparaties aan de dijk opgeslagen worden, zoals zeilen, palen, zandzakken en kruiwagens. FORMULIER GEESTMER-AMB AGT. Winkel, maart 2005 van den DER HEEMRAADEN V A N SCHA GEN ra NIEDORPER-COGGEN- "Dat Sweert gy, dit JaarHeemracden te wezen, van Gccftmcr-Arobagt, Schapen cn Niedorpcr-Coggcnmee den Dykgravc, ofte zyn Gcmagtigdc, tc hcipcn bcfchouwcn, alle Dykcn, Dammen Sluy- zen cn Sluys-togtcn Wateringen Inwcgcn Uvtwegcn Dreggen Hoofden Ovcrtoomcn cn al het gene dat den Dyk toebehoort. Rcgt cn Vonnisfc tc wyzen, tusfehen den Heer cn den Man, cn tusfehen twee Mans dingtalen. En voorts alles tc doen dat goede Heemraden fchuldig zyn, cn van regts wegen behooren tcdocn. Die alles niet tc laten, om lief nog om lcct, om Vrundcn, nog om Magen, om giften, nog om gaven, nog om cc- nigerhande Sakcndie Uw daar toe zoude mogen porren. Ook bcloovcn cn zwccrcn Wygchouw cn getrouw tc zullen zyn aan dc Conftitutic cnRcgccringslbrm van den Lande van Holland cn Wcstvricsland bc- ftaandc in dc hoogftc cn Souvcraync Overheid van Hun Ed: Gr: Mog: dc Sta ten van den zclvcn Lande met 't EaflladhoudcrGouverneur, Capitein en Admiraalfchap Generaal crflvk in 't Doorlugtige Iluys van Oranje zoodanig als 't zelve in Hun Ed: Groot Mog: Rcfoluticn van den Jarc 1747 is opgedragen cn by den tegenwoordigen lieer Erfïladhoudcr in het Jaar 1766 aanvaard. Soo waarlyk helpt ons God Almagtig.

Tijdschriften Regionaal Archief Alkmaar

Informatieblad stichting Historisch Niedorp | 2005 | | pagina 27