-32-
plaatsen waar dat niet thuis behoorde, werd met ingang van 1 oktober 1950 de
deelname aan de vuilnisophaaldienst verplicht gesteld. Er kon toen gerekend worden
op 250 deelnemers die een jaarlijks recht van 5,20 verschuldigd waren. In 1951
kwam er op initiatief van de gemeente Warmenhuizen een gemeenschappelijke
regeling tot stand tussen de gemeenten Harenkarspel, Sint Maarten, Oude Niedorp,
Nieuwe Niedorp en Warmenhuizen. Er werd voor gemeenschappelijke rekening een
moderne roltrommelauto aangeschaft voor 22000. De dienst nam in deze gemeente
een aanvang op 11 januari 1952 en bepaalde zich tot het dorp 't Veld voor zover dit
onder Nieuwe Niedorp behoorde. Vanaf 23 september 1954 werd op vrijwillige basis
eveneens in Terdiek en Moerbeek opgehaald. Voor het verzamelen van huisvuil was
het gebruik, van een uniform model vuilnisemmer verplicht gesteld. De gemeente
Winkel sloot zich met ingang van 1955 bij de gemeenschappelijke ophaaldienst aan.
Ook de minder dicht bevolkte buitengebieden werden bij de ophaaldienst betrokken.
Riolering en huisvuilverwerking in het verleden
Onwillekeurig zal men zich afvragen hoe de afVoer van menselijke ontlasting en het
huisvuil was geregeld in vroeger tijden. In de steden was er in de 16e eeuw reeds
sprake van vuilnisophalers, terwijl de menselijke ontlasting via het "privaat" werd
opgevangen in een beerput. Was deze vol dan werd die geleegd waarna de inhoud naar
een verzamelplek buiten de bebouwde kom werd vervoerd om tot humus te worden
verwerkt. In de 19e eeuw ging men over tot het "tonnenstelsel". In de dorpen en
gehuchten plaatste men het "privaat" op houten palen boven de poldersloot die achter
of naast het erf was gelegen. Als het doorstromend water was dan vermengde de
ontlasting zich met het water, maar stond het privaat boven een doodlopende sloot
waar geen doorstroming van het water mogelijk was dan was er zeker bij droog en
warm weer sprake van een onhygiënische toestand met veel stankoverlast. Na de
komst van het watercloset kwam daarin verbetering. De w.c. kon toen binnenshuis
geplaatst worden waarbij de afvoer via een rioolbuis boven het water van de
poldersloot uitkwam. Hierin kwam een afdoende verbetering toen er na 1970 riolering
met een waterzuiverings-installatie werd aangelegd in de gemeente Niedorp.
Huisvuil in het verleden
Tot de invoering van een gemeentelijke vuilnisophaaldienst moest elke huishouding
zelfstandig zorgdragen voor afvoer van het afvalOmdat de woningen op het
platteland en in de dorpen als regel over een erf beschikten van royale afmetingen kon
men dat tamelijk eenvoudig oplossen door aan de slootzijde van het erf een kuil van
ongeveer twee vierkante meter groot en anderhalve meter diepte te graven. Daarin
deponeerde men het afval inclusief de haard- en kachelas wat tot ongeveer 1900 nog
uitsluitend bestond uit as van turf en hout. Aangezien de soms nog hete asresten brand
konden veroorzaken door het vlam vatten van overig afval in de kuil, stelde de
gemeenteraad de verordening op askuilen vast. Hierin werd iedere ingezetene verplicht
gesteld een askuil te maken op het achterste gedeelte van zijn erf of zover als mogelijk
was van de huizen af. Op deze wijze van afvalbegraven kon men vele jaren doorgaan.
Als men oordeelde dat er in de loop der jaren voldoende kuilen in de tuin waren
gegraven dan kon men bij de oudste kuilen weer opnieuw beginnen omdat vrijwel al
het huisvuil tot vruchtbare humus was omgezet. Was de kuil bijna vol dan werd het
