-19-
geen turf of briketten meer, geen gas, geen gist, niks! Het enige goede van onze tarwe
was tarwemeelpap met zoetemelk gewone melk) gekookt. Lekker was het en goede
voeding. Die Amsterdammer en Hagenaar zijn tot de vrede gebleven en hebben ons
niet de minste last bezorgd. Ik had nog een lege koestal (ook al door de gedwongen
vee-leveranties). Daar werd een dik strobed opgemaakt, wat oude dekens erbij en ze
waren de koning te rijk. Dat was ook geen wonder, want ze waren tot die tijd bij
razzia's uit handen van de Duitsers gebleven. Ze hadden heel geen zin om in de
arbeidsdienst te komen. Ze kregen zo nu en dan een schotel warm eten van de buren of
van ons en zo zijn ze er door gerold.
En dan nog wat over ons huiselijk leven die laatste winter, 's Avonds zaten wij, zoals
ik reeds schreef, allen bij elkaar in de keuken. Co ep ik, onze achternicht, onze
inwoonster juffrouw Kuilman, een buurvrouw met haar volwassen dochter
(Grietjebuur en Annie). En dan onze dochter, maar soms niet, want zij was
kraamverzorgster geworden en zodoende vaak niet thuis. Wij zaten bij een carbidlamp,
door onze buurman Coops (smid van zijn vak) zelf gemaakt en niet erg betrouwbaar.
De lamp dan! Soms gaf dat onding een harde knal en meteen was hij uit en dan zaten
wij in het stikkedonker, want de Duitsers hadden bevolen dat er 's avonds nergens licht
mocht uitstralen. Volkomen verduisterd moest alles wezen. Voor de ruiten van de
koegang had ik luikjes gemaakt en in huis voor alle vertrekken.
Wij aten een appel of een peer met elkaar, voor de rest was er niets te smikkelen, totdat
er een vaars van ons kalfde en wij biest gingen wellen. In de eerste dagen na het kalven
is het eiwit in de melk (dan biest geheten) van een andere soort. De biest kan niet
gekookt worden, maar als je het verwarmt tot iets onder het kookpunt, dan wordt het
De huizen tegenover de woning van P. Zwagerman: Helemaal rechts een stukje van de voorgevel
van Chris Coops, oorspronkelijk de woning van meester Prins. In later tijd de doe 't zelf-zaak van
Piet en Corrie van Staveren oftewel Pico. Links daarvan de woning van achtereenvolgens de
veeartsen D. Rempt en G. van der Kolk. Daarnaast de Doopsgezinde kerk.