-25-
Storm over Colhorn
Maart 1714 raasde er weer eens een storm over Noordholland. Rond Colhorn had het
behoorlijk gespookt want er was nogal wat schade aan de zeedijk en aan de bootjes die
voor de Colhorner wal lagen.
Zo had Jacob Staet zijn schade aan schip, zeil, touw en ankers laten taxeren op 225.
Een stuk of tien Kolhorner schippers hadden behoorlijke averij aan hun boten
opgelopen, waaronder Jan Hopman, Jan Tijer, Gerrit Maet, Cornelis Liefhebber,
Zijbrants Giel, Jacob Schoutsz en Waerdema.
Verder had Willem Liefhebber schade aan een tros opgelopen en Louris Bood had
touwwerk aan de overheid geleverd. Jan Aldertsz leverde ijzerwerk ter reparatie van de
geleden stormschade. Cornelis Dircksz Zeeman had een tros geleverd en hij moest ook
nog vier dagen schuithuur vangen. Cornelis Pietersz Davit kreeg voor geleverd stro en
geleden schade aan zijn schip 16,14 uitgekeerd.
Waarschijnlijk waren hier en daar behoorlijke gaten in de Westffiese zeedijk geslagen
want de Heer van Schagen had een aantal zeilen uitgeleend waarmee het geteisterde
dijklichaam bij Colhorn kon worden afgedekt.
door Jan Smit
Zo zag Kolhorn er omstreeks 1750 uit volgens Cornelis Pronk.