stukje van de weg af op een terrein van zo'n vier geersen. Een geers is ca 0,285 ha.
Aan de noordkant van de Hoeken en Hornen grensde het Zuideind van Ockeland. Daar
omtrent lag de hofstede (het woonerf) van Pieter Volckertsz. Daar verbleven indertijd
Pieter Jansz. Niekelandt en Jacob Jansz. Linnewercker.
't Niekeland lag als naamgevend gehuchtje niet ver weg, namelijk iets noordelijk van
Zijdewind, en linnen- of vlaswerkers komen we in die tijd wel meer tegen.
Het Zuideind van Ockeland werd uiteraard gevolgd door het Noordeind, daar waar de
Westerweg zich splitste. In de linkerbocht van deze splitsing stond ook een woning en
wel van ene Maritgen Jaep Schippers, weduwe van Thijs Jan Mathijs. Ook nu wordt
daar nog gewoond. Er wordt zelfs iets nieuws gebouwd dat er tenminste vriendelijk
uitziet vlak naast een oude woning die men nu zachtjesaan afbreekt. Daar is trouwens
niet veel aan verloren.
Bij het volgende huis in de Oosterkampen dat bewoond werd door Cornelis Jaep
Moels weduwe zijn we nog steeds in het Noordeind van Ockeland. Moei is een
verbastering van molen en bij Ockeland hebben we wellicht te maken met zogenaamd
oockland; dat is land dat door een weg of water is afgescheiden van een groter geheel.
En dat zou hier heel goed het Lage Kerkhof kunnen zijn. De Molensloot is zeker van
latere datum.
Tegenwoordig wordt deze plek bewoond door S.J. v.d. Stoop.
Gedolven uit het Hoge Kerkhof
Nog iets meer naar het westen woonde indertijd Pieter Lauris. Aan de zuidkant van
zijn erf moet eerst nog een z.g. Klein Bosje hebben gelegen en vervolgens het Lage
Meteen links lag het Buitenbosch, gevolgd door de Hoeken en Hornen en de Ockelanden.