Klopzusters en roomse vergaderplaatsen
Al meerdere keren is er geschreven dat 't Veld zou zijn ontstaan doordat in de \T eeuw
enkele klopjes zich vestigden in de omgeving van wat tegenwoordig 't Veld wordt
genoemd. De heren Keuken en Wit hebben hier ook al het nodige over geschreven.
Het is een interessant gegeven en er zal zeker een kern van waarheid in zitten. Maar
wat hadden die klopjes hier in godsnaam te zoeken, wat moesten ze in dat meestal
natte en onbegaanbare poldergebied rond 't Veld? Wel, we weten dat de roomsen op
het eind van de 16e eeuw aan een meedogenloze vervolging bloot stonden.
In West-Friesland waren de katholieken erg beducht voor met name Diederik Sonoy en
zijn mannen die vanuit het Schager slot het katholicisme probeerden uit te roeien. De
roomsen moesten als het ware ondergronds, hun geloof dus in het geheim belijden.
Pauselijk vicaris Philippus Rovemus, die uiteindelijk aartsbisschop van Utrecht zou
worden, stuurde in 1608 de priester Joost Boudewijsz Cats naar dit Westffiese
"missiegebied".
Vrome Vrouwtjes
Cats kreeg het uitgebreide gebied rond Schagen als statie toegewezen. In de praktijk
bleek het gebied veel te groot en te zwaar voor één priester, waar nog bij kwam dat hij
ook in het geheim moest werken.
Om zich wat te ontlasten stelde Cats vrome vrouwen aan die zelfstandig godsdienst
onderricht moesten geven en die ook door middel van klopsignalen op deuren en
ramen de parochianen waarschuwden als priester Cats een kerkdienst wilde houden.
Wellicht waarschuwden ze met hun klopsignalen ook als er gevaar dreigde.
Zo kregen de vrome vrouwtjes de bijnaam van "klopjes". Het is dan ook niet zo gek te
veronderstellen dat de klopjes dit ontoegankelijke Kampergebied opzochten om zich
voor hun vervolgers zo veel mogelijk schuil te houden.
Jan Keuken veronderstelt dat de klopzusters rond 't Veld aanvankelijk tussen 1605 en
1611 in enkele boerderijtjes bij de Tjaddinxrijd hebben gewoond. Na 1612 vinden we
de klopjes veel oostelijker, meer op de plek van het huidige dorp 't Veld.
Ze woonden hier langs de kade van de Nieuwesloot, ook wel de Noordersloot
genoemd.
In 1612 deed Bavo Johannis Costerus, "de Paep Baef of kortweg Cleerbesem
genoemd, zijn intrede in het Kamper gebied.
Roomse Preekhuizen
Cleerbesem timmerde een woninkje voor zichzelf, waarin hij een kamer inrichtte als
kapel. Zo ontstond eigenlijk de zelfstandige parochie 't Veld. Het pastoraat van
Cleerbesem was een moeilijke periode. Schout en schepenen deden veel aanhoudingen
en geheime roomse preekhuizen in de Kampen, aan de Wateringskant, in Zijdewind en
Nieuwe Niedorp werden gesloten en dichtgenageld. Cleerbesem werd langdurig
gevangen gezet.
-11-
door Jan Smit