-24-
De benodigde granen zouden vlakbij op de akkers kunnen groeien, al moesten die nog
wel gemalen worden. Bleef alleen nog de hop over die waarschijnlijk van ver moest
worden aangevoerd. De meeste hop kwam uit het Noord-Brabantse waar ook nog veel
huisbrouwerijtjes aanwezig waren die alleen voor de eigen familie heetten te produ
ceren. We noemen de omgeving van Heusden. Het ligt nogal voor de hand dat enkele
dorpsbrouwerijen in de buurt van Waalwijk - die ondanks alle protesten toch lang zijn
blijven bestaan - hun hop ook daar vandaan haalden.
Maar het is mogelijk dat men aan de Noordersloot de voorkeur zou geven aan hop uit
Drenthe (b.v. Peize of Groningen (Westerwolde). Ook hier kon Kolhorn dan mooi als
invoerhaven dienen.
Een brouwer
Laten we nu eens in de archieven speuren of we de eigenaars kunnen terugvinden
die T panhuijs in bezit hadden.
Een van de eersten die we in de oude rechterlijke archieven tegenkomen is Cornelis
Jansz. van Enchuysen die in het jaar 1589 een vordering heeft lopen op jonkheer
Floris Tserclaes voor zo'n 800 karolus guldens en mee mag bieden op diens land in de
buurt van het panhuijs. Hij is zeker niet de enige schuldeiser en daarom is het land
Een deel van de kaart van Langendijk uit 1611. Behalve T panhuijs is het dijkje afgebeeld tot bijna aan de
Westercampermolen. Vóór de bepolderingen was de situatie natuurlijk anders. Het meertje 'den oude dijck' is
hier opgenomen in het boezemwater en dankt zeer waarschijnlijk zijn naam aan een noordelijker onderdeel van
ons dijkje.