De 'uitsparing' die de lange smalle strook land van zo'n 14 meter breed in de gracht maakt wekt de suggestie dat dit in later tijd is gebeurd en dat het buitenterrein oor spronkelijk een noordelijker begrenzing had en wel zo ongeveer in het verlengde van die van het binnenterrein (zie de stippellijn). De min of meer evenwijdige maar krom lopende lijnen die links op het buitenterrein aansluiten vormen een dijkje. Dat dijkje zou eertijds een toegang via het buitenterrein mogelijk hebben kunnen maken. Iets om in natte tijden zowel droge voeten als draai ende wielen te houden. De oppervlakte van het buitenterrein zou dan zo'n 48 bij 84 meter zijn oftewel ruim 4000 vierkante meter. Een buitengewoon dijkje Het kronkelige dijkje van zo'n 400 meter was vermoedelijk een tamelijk gaaf restant van een middeleeuwse dijk tegen dreigende overstromingen van het hoger gelegen land. Dat hoge land maakte deel uit van de brede kreekrug van het vroegere 'Gat van Bergen' ten zuiden van Barsingerhorn. Het lag in de hoek tussen de Noordersloot en de westelijke arm van de Ringsloot die hier met zijn opvallende kronkels indertijd wel een veenriviertje geweest moet zijn. Bij hoog water stond waarschijnlijk het hele laag liggende stuk ten westen van de Noordersloot onder water. Dat vormde een directe bedreiging voor zowel de bewoonde plaatsen als alle cultuurgrond op het hogere land. Vooral in de buurt van een uitstromende beek die bij hoog water ook nog eens de on aangename neiging vertoonde een soort trechtermond te vormen. Vandaar dus zo'n beschermend dijkje. We zijn in ons polderland gewend geraakt aan dijken die het laag liggende land tegen het instromend water behoeden, water dat we juist met de nodige moeite hebben uitgemalen. Maar hier gaat het nog om bescherming van het relatief hoge land. Daar draaide het om voor ca. 1500. Daar waren onze Middeleeuwse dijken in eerste instantie voor bedoeld. Van echt polderland was nog geen sprake. Ons dijkje stamde waarschijnlijk uit de tijd dat de 'zijdewind', tussen de Langereis en Valkoog, nog niet was aangelegd. Het lijkt alsof het gewoon aansloot bij de westelijke kade van de Noordersloot. Maar vermoedelijk was deze kade tot aan de zeer oude woonkern Oosterkampen, oorspronkelijk niet anders dan een logische voortzetting van het dijkje. Het lag n.1. ook hier vrijwel precies op de grens tussen het relatief hoge en lage land en had daar dus dezelfde functie. De Noordersloot lijkt er naderhand mooi langs gegraven. De scheidingslijn tussen relatief hoog en laag ligt hier op zo 'n 1 meter onder N.A.P. Misschien zou men zelfs mogen veronderstellen dat een groot deel van de Westerweg in principe ook bij deze oude hoogwaterkering hoorde.. Maar hoe het ook zij, het bovengenoemde resterende dijkje had natuurlijk zeker gespaard behoren te blijven. Al was het maar om dat nogal eentonige, vlakke en kale landschap tussen de Valbrug- weg en de Doorbraakweg tenminste iéts interessants te laten houden. -22-

Tijdschriften Regionaal Archief Alkmaar

Informatieblad stichting Historisch Niedorp | 2001 | | pagina 24