-23-
Het was goed weer en alles ging uitstekend. De opstijging, de landing, 't ging alles
naar wens en wij waren enthousiast in onze toejuichingen. Olieslager is nooit
verongelukt maar enige jaren geleden op z'n bed gestorven, 't Was een dappere kerel!
Een jaar eerder of datzelfde jaar is een Nederlandse vlieger doodgevallen. Het was
Clement van Maasdijk, ik meen een officier.
Op die tentoonstelling zagen wij o.a. het weven van zeildoek. Met de hand en met de
machine. Dat met de hand boezemde mij het meeste belang in. Een grote eikenhouten
weefgetouw stond daar en daarin zat een oude wever zeildoek te maken, zoals dat al
eeuwen gebeurde, met schering en inslag. Elke draad kreeg drie klappen en 't materiaal
moest van beste kwaliteit zijn. Die oude zeilen waren dan ook haast onverslijtbaar.
Met het machinale weefgetouw was dat niet zo nodig en de draad kreeg daar maar één
klap en dan was er nog een verschil. Het handgeweefde was slechts 60 cm breed en het
machinale 1 m of meer.
De oude wever vertelde ons, dat de vorige dag koningin Wilhelmina de tentoonstelling
had bezocht en ze had hem gevraagd: en hebt u daarmee altijd uw brood verdiend.
Ja majesteit had hij geantwoord, maar geen boter erop.
Toen kwam 1914, de eerste wereldoorlog en voor dat het zover was, hadden wij
eigenlijk niet het minste vermoeden, wat ons boven het hoofd hing.
Dat in tegenstelling met 1940, toen de oorlogsdreiging al lang tevoren merkbaar was.
Niets deed vermoeden, welke ramp Europa zou treffen en wat de gevolgen zouden
zijn. En och, wij hadden het altijd zo druk, dat het werk ons geheel in beslag nam. Wij
deden in die jaren ons best om van het bouwland dat met vroege aardappelen was
bezet, twee oogsten te halen. Zo hadden wij het stuk land dat wij van notaris Duker
gekocht hadden, heel vroeg gerooid en er gele kool op gezet. De planten sloegen goed
aan en groeiden als kool. Wij hadden van dat land al 1500 vroege aardappelen
gehaald en in de herfst sneed Dirk er een volle oogst gele kool af.
Ik niet, ik was soldaat en wat de opbrengst geweest is weet ik niet meer, maar het was
meer dan 1000. Wat een mirakel in die tijd!
En nu een stukje geschiedenis!
In juli werden te Serajewo de Oostenrijkse kroonprins en zijn vrouw door
revolverschoten vermoord. De gebeurtenissen volgden elkaar snel op. Oostenrijk met
z'n goede, oude keizer Frans verklaarde de Balkanstaten de oorlog. Keizer Wilhelm
viel hem bij en Italië deed ook mee aan hun kant. Dat waren de zogenaamde
asmogendheden en tegen hem in 't geweer kwamen met de Balkanstaten, Rusland en
Frankrijk (de geallieerden). De Duitsers hadden gehoopt dat Engeland erbuiten zou
blijven, maar Engeland ging meedoen. Nederland en België wilden onzijdig blijven, zo
ook de Scandinavische landen. Op 31 juli 1914 werd de gehele weermacht van
Nederland onder de wapens geroepen. Of eigenlijk vrijdagmiddag reeds, toen de
plakkaten in alle steden en dorpen werden aangeplakt, met de mededeling dat allen de
volgende dag moesten opkomen.
Allen, dus ook de landweer. Zo werd het tenminste begrepen, maar wij kwamen toch
een dag te vroeg zoals later bleek. Nooit vergeten wij die vrijdagmiddag. Er werd niet
meer gewerkt, overal mensen bij elkaar om de zaak te bespreken.
Co en ik hadden een slechte avond. Wij gingen wel naar bed, maar Co sliep geen
minuut, de hele nacht niet. Ik viel voor middernacht nog in slaap en hoorde niet dat er