-15-
Bolten onder de conditie dat hij tot 1 mei 1801 mag blijven wonen in het 'aan de straat
getimmerde zomervertrek in het oostelijke huis of stal' en dat hij vrije toegang krijgt
tot het secreet, bleekveld en de regenbak.
Hij is zeer waarschijnlijk ook nog in 't bezit van de korenmolen aan de Oosterweg (die
hier trouwens heel toepasselijk 'Molenstraat' wordt genoemd want zijn weduwe
verkoopt deze later aan de molenaarsknecht Ariën Winkel.
Langzaam maar zeker zien we het einde naderen van de woning van Dirck Rembrants.
Het is intussen niet meer het vierde huis. Het eerste is op de een of andere manier bij
het raadhuis getrokken en het tweede, het zogenaamde 'huijsgen', waarschijnlijk
gesloopt en 'opgegaan' in het derde.
Via Jan Kant en Gerrit Wit gaat in 1806 de rogge- en wittebroodbakkerij met het
bijbehorende huis, gereedschappen, erf, wagenhuis, luifel en zaagselhok naar bakker
Frederik Pluis. Frederik is kennelijk niet van plan snel te vertrekken. Pas in 1842
wordt zijn bedrijf -vreemd genoeg alleen aangeduid als boerenhuis- overgedaan aan de
laatste bekende broodbakker op deze plaats, Cornelis Nierop uit Wognum.
Met wat onderbreking door de brand in 1639 hebben we hier dus te maken met bijna
twee en een halve eeuw bakkerijgeschiedenis. Dat is toch wel wat.
Bakker Pluis zijn we dan intussen nog tegengekomen als eigenaar van het zogenaamde
Koningsbos aan de Langereis en als hypotheeknemer voor zo'n f2000 bij weesmees
ter Rens Rezelman. En bijna ongemerkt -haast stiekemweg zou je zeggen- ook als
sloper! Want op de kadasterkaart van 1819 is er van een wagenhuis of stal geen sprake
meer. Het oude huiserf van de Rembrantsz. is leeg.
Jan Keuken
Annet Klomp-Keuken (uitgewerkte Streekarchiefgegevens)
Kaartje van 1819. A. de bakkerij, B. hier 'stond' het Rembrantsz.huis, C. Jacob v.d. StokD. een pad,
E. bij het oude raadhuis getrokken, F. het oude raadhuis, G. de herberg, H. de weduwe van Efraïm Salomon
iA>er «2-v-i i rvr2>Q b L 2_ü