-13-
te gaan, het is mij niet duidelijk wat we moeten verstaan onder dat gorthuijs en of dat
wel bij een bakkerij past. 't Zou hier kunnen gaan om een handel in grutterswaren.
Van Dirck Rens Cramer, of eigenlijk zijn weduwe, gaat het perceel over naar Jan
Jansz. Bakker poorter deser stede. Dat suggereert wederom een bakker hoewel er in
de akte alleen wordt gesproken over huijs, schuur, grondt en erff Dat zegt niet alles
omdat blijkt dat de aanwezigheid van een bakkersoven lang niet altijd wordt vermeld.
Het testament.
In 1678, vier jaar voor hij sterft maakt Dirck Rembrantsz. zijn testament op. Nadat hij
verklaard heeft dat er aan zijn lichaam, memorie en verstand nog niets mankeert en sijn
edele siel in de genade Godes wordt aanbevolen en dat hij een christelijcke begravinge
wenst op een bequame plaets in het koor van dese kerk tot Nieuwe Niedorp, legateert
hij aan Pieter Cornelis Oomes, sijn susters soone alle sijn boecken, papieren soo ge-
druckt als geschreven, mitsgaders al sijn instrumenten en alles wat daar mee te maken
heeft.
Aan Rembrant Cornelis, innosenten (geestelijk gehandicapte) broeder van Pieter
Cornelis, een somma van twee hondert caroly guldens.
Dirck vermaakte de gehele boomgaard en het halve huis dat hij bewoonde aan de twee
dochters van zijn broer Jacob, de broer waarmee hij zijn hele leven had samengewoond
Honderd gulden ging naar de armegemeente van sijn religie
De rest van zijn roerende en onroerende goederen moest onder zijn bloedverwanten
'in vreede en vrientschap' worden gedeeld. Zo was het ongeveer.
Het Rembrantszhuis een eeuw in de familie.
Na de dood van Dirck blijft broer Jacob met zijn vrouw en kinderen in het huis
achter, maar niet lang. In 1687 blijkt ook Jacob overleden. Dat is op te maken uit de
transportakte van Jan Jansz. Bakker waarin de verkoop van zijn pand aan Jan Barentsz.
Krommenie wordt vastgelegd. Er staat aangetekend: de weduwe Jacob Rembrantsz
ten oosten.
Haar dochter Aeriane trouwt met Cornelis Jansz. Langeboer, raad en vroetschap deser
stede en behorend tot de 'rijckdom'.
Deze Cornelis verkoopt in 1698 't huijs, erve en boomgaart aan Joost Symon Kruijff
regerend burgemeester. Over Aerianes zuster, die intussen ook getrouwd is verder
geen woord, noch over de weduwe Jacobs.
Het Rembrantszhuis is uiteindelijk ongeveer een eeuw in de familie gebleven.
Dat er maar eenmaal brand is geweest in die tijd valt eigenlijk nogal mee als je op de
diverse brandgevaarlijke activiteiten van de buren let. Aan de bakkerij, waar mis
schien wel vijf keer per dag gestookt werd, hebben we al de nodige woorden besteed.
Maar rechts naast de bakkerij was ook bijna een halve eeuw de smederij van de
Buijtens te vinden. En wat te denken van de kaarsenmakerij en vetsmelterij van
Timmerman vlak naast Langeboer?