niet zo erg veel veranderd, want veel cafés in ons land schijnen ook met handen en
voeten gebonden te zijn aan bepaalde biermerken.
Wanneer Maarten Jansz. zijn huis precies verkocht heeft is nog onbekend, maar het zal
omstreeks 1600 zijn geweest.
Van vader Rembrant weten we inmiddels, dat hij in 1612 behoorde tot de armevoogh-
den die de zogenaamde armelanden voor het lopende jaar moesten verhuren en er o.a.
op moesten toezien dat er na het thuishalen der koebeesten geen schapen of paarden
meer op 't land werden ingeschaard.
Wat betreft zijn kinderen vermoeden we, dat de eerstgeborene ook Dirck Rembrantsz.
werd genoemd, maar dat dit kind zeer vroeg is gestorven.
We weten verder van een Pieter Rembrantsz, die later trouwde met Trijntje Everts uit
Schoorl. Van een Weijntje of Wentgen die een huwelijk aanging met Cornelis Pietersz.
ook uit Schoorl. En van Anna, getrouwd met Cornelis Pieter Oomes, afkomstig uit ons
dorp. (De naam Oomes komt ook voor op de grote klok in de dorpstoren)
Na zijn tamelijk vroege overlijden ging Anna nog een verbintenis aan met Pieter
Sijvertsz. uit Elensbroek.
We weten van Jacob, getrouwd met Trijn Heijndrix, ook uit ons dorp.
Uiteraard van Dirck, de vrijgezel die aan zijn wetenschappen maar genoeg moest
hebben.
En verder van Cornelis uit Hoorn, waarvan we wel vier kinderen kennen maar niet de
echtgenote. En dan wellicht als laatste, een Jan Rembrantsz. uit Enchuijsen.
We tellen nu vijf broers en twee zusters. Dat moet 't haast wel zijn.
Een 'nieuwe' Rembrantsz
Pieter Rembrantsz. dochter Neeltje trouwde met Albert Jansz. Van Dam. Hun zoon Jan
Albertsz. en de twee kleinzoons Albert Jansz. en Dirck waren net als hun oom en oud
oom bijzonder goed in wiskunde of zoals dat heette "liefhebbers der mathematischen
konsten". Jan Albertsz. verkreeg later 'octroy' van de Staten om herdrukken uit te
geven van oom Dircks boeken, maar hij geneerde zich niet om dat onder zijn naam te
laten gebeuren en soms zelfs een titel te wijzigen zonder aan de inhoud iets wezen
lijks toe te voegen. Zo kennen wij na de "Nieroper Schatkamer of de Kunst der Stuer-
luyden" de "Nieuwe Hoornse Schatkamer ofte Konst der Zeevaart". (Zie Jan Smit:
Dirck Rembr. Deel II)
De eerste octrooihouder na Dirck was echter geen Van Dam maar zijn geliefde neef,
zoon van zuster Anna, Pieter Cornelis Oomes, de directe erfgenaam van Dircks
boeken, papieren en instrumenten.
Denkend aan de naamsbekendheid van zijn oom en leermeester vond hij 't waarschijn
lijk zowel nuttig als gepast om zich voortaan ook Rembrantsz. te noemen in plaats van
Oomes. Zijn vader was vroeg gestorven, in elk geval voor zijn veertiende. Het laat zich
raden dat de invloed van Dirck ook daarom wel eens bijzonder groot kan zijn geweest.
Bovendien woonden ze dicht bij elkaar.
-11-