-19-
1689 - Kolhorner ligterschippers in 's Lands-Dienst
Nadat ons land drie Engelse oorlogen en ook nog de Franse oorlog van 1672 tot 1677
achter de rug had, brak in 1688 de negenjarige oorlog met Frankrijk uit. Ook op zee
werd strijd geleverd. Een jaar na aanvang van de negenjarige oorlog, om precies te zijn
in april 1689, werden ook de Kolhorner ligterschippers hierbij betrokken.
Een aantal van hen werd ingeloot en ze moesten zich met hun schepen melden bij 's
Land-Vloot. Het voorgaande feit blijkt uit een bewaard gebleven brief, welke op 8
april 1689 vanuit Barsingerhorn naar de Admiraliteit van de Maas werd gestuurd.
Wijdt- of ligterschepen
De schepenen van Barsingerhorn schreven dat ze uit handen van Dirk Pietersz Kool
een missive (brief) hadden ontvangen afkomstig van Enkhuizen en gedateerd 7 april
1689. (Waarschijnlijk dus van de Gecommitteerde Raden van het Noorderkwartier).
In de brief stond dat alsnog bovengenoemde Dirk Pietersz Kool, Sijmon Cornelisz
Buijsman en Jacob Jansz Speek, alledrie woonachtig in Kolhorn, in 's lands dienste
moesten treden en zich moesten melden bij de Admiraliteit van de Maze om daar met
hun Wijdt of Ligterschepen nadere orders te ontvangen.
Deze drie schippers werden gedwongen om met hun schepen in 's lands dienst te
treden. Bovendien waren vijftien Kolhorner schippers het drietal al voorgegaan. Ook