iipfl
22
Dit natte gebiedje vond men kennelijk zeer geschikt om er eenden
kooi te vestigen. In de legger van 1t Lantschot der stede Nieu-
dorp 1669 staat onder nr. 592 dat het hier ging om 'de Bijlbosch
van de Castercomme daer zijn kooij van gemaakt is' Op een kadas
trale kaart uit 1819 is de kooi nog als een bijna rechthoekige
vijver weergegeven, de oude vangpijpen zijn eraf.
Iets zuidwestelijk van de kooi, grenzend aan de Herbergsloot lag
het mientgebied van Nieuwe Niedorp. Via de Vijverweg waren
de landerijen van de gemeente bereikbaar. In de legger van 't
Lantschot heeft men het o.a. over de meenteboschen maar daar moet
men zeker geen bossen in de huidige betekenis onder verstaan.
De oorspronkelijke betekenis was al van 'riet en struikgewas'
langzamerhand gereduceerd tot gewoon 'perceel' zoals bijv. in een
'bosch groedtland', een perceel weide-grond.
Zou men dan hier de Niedorper made kunnen vinden? Nee, waar
schijnlijk niet, zoals uit het volgende zal blijken: In de bundel
Ons Voorgeslacht (maandblad v/d Zuid-Hollandse Ver. voor geneal.)
1979, Repertorium op de lenen v.d. hofstede Egmond, valt te lezen
dat in de Niedorpermade 15% geers wordt beleend. En wel van 1413
tot 1500.
Daarna verdwijnt de naam made en heet het gewoon 'in Nie
dorp' Dat moet haast wel samenhangen met het inpolderen van onze
drassige landerijen met behulp van de eerste windwatermolens.
In 1569 is er vervolgens ineens sprake van een 'heerweg' aan de
westkant van het leen.
Van zogenaamde Heerwegen kan men zeggen, dat ze hier in het alge
meen de belangrijkere wegen vormden zowel in als tussen de
dorpen.
Waar zou in 1569 (de 80-jarige oorlog is net begonnen) een nieu-
weg zijn aangelegd? En dan bij voorkeur in een laag liggend
gebied.
De keuze gaat dan al gauw tussen de Oudeweg en de Terdiekerweg
De namen zeggen hier weinig. De Oudeweg werd ook Terdiekerweg ge
noemd en verdiende het predikaat oude door vergelijking met een
tijdelijk weggetje van veel latere datum. Dat weggetje lag pre
cies op de scheiding tussen de Niedorper- en Oosterpolder.
Wanneer we kijken naar de nogal vloeiende wijze waarop het Paad
je aan de Terdiekerweg vastzat lijkt het wel alsof dit oorspron
kelijk de normale verbinding
is geweest.
Als we verder letten op de
loop van de meer uitgesproken
ruggen binnen de zogenaamde
brede kreekrug (geomorfolo-
gische kaart) die zowel Ter-
diek als het Paadje een wat
steviger ondergrond verschaf
ten, dan zou het kunnen zijn
dat men heel lang geaarzeld
heeft met de aanleg van de
rest van onze Terdiekerweg. Kadasterkaartje van de splitsing
Terdiekerweg en 't Paadje uit 1819
»ot v ik-
r Gouwslo