En eigenlijk zou je zelfs die kleine veranderingen illustratief kunnen noemen voor de uiterst geleidelijke ingrepen in ons vroegere agrarische.landschap. Bij de inpoldering in het begin van de 16e eeuw werden de beekjes bij de Ooster- polderkade natuurlijk voor altijd en eeuwig afgedamd en buitengesloten. 7 De oude beetsen in hun omgeving. De situatie omstreeks 1820 naar z.g. perceelsgewijze plans v.h. kadaster N= de Nieuwe Sloot, V= de valbrug, K= de Oosterkampen, M= de belangrijkste molensloot, A= een verbrede afwateringssloot, W= de Westerweg,, 0= de Oosterweg met de Boomervaart, B= De Boome, (K= latere Kolonie) De weg naar 't Veld ontbreekt nog. Er loopt een landpad naar een boerderij ergens in de Beesen'. Bij de Oosterweg is in de grote bocht heel goed te zien hoe bij de inpoldering gebruik is gemaakt van twee kavel- sloten (1 en 2 Een derde (3) kruist als 't ware weg en vaart. De bekende rechte strokenkavels beginnen dan wel eindigen bij het lage stroomgebied met een typische veerverkaveling en wat onregelmatige blokvormen. Rechtsboven wordt globaal aangegeven hoe de situatie van de beetsen er hier voor 1500 heeft uitgezien

Tijdschriften Regionaal Archief Alkmaar

Informatieblad stichting Historisch Niedorp | 1997 | | pagina 8