11 De enige zilveren munt is van een type dat men niet zou verwachten. De betreffende munt slag van Groningen en Ommelanden duurde slechts 4 jaar, waarbij 1684 het laatste jaar was; het zal zeer waarschijnlijk geen lonende activiteit zijn geweest. Zonder de munt voor vals uit te maken, is te zien, dat een vroegere eigenaar de munt dubbelgevouwen heeft, kennelijk om z'n gehalte te controleren dat moest 0,583 zijn Hierdoor wordt zichtbaar, dat de kern een hoger kopergehalte heeft dan het oppervlak. Overigens geldt de wet van Gresham dat het publiek zich het eerst van zijn mindere munten pleegt te ontdoen, waardoor die snel circuleren en een grote verspreiding kunnen krijgen. Historisch gezichtspunt. Het vondstperceel maakt wellicht deel uit van de plaats waar in 1648 (vrede van Munster direct een Rooms-Katholieke kerk werd opgericht, die reeds in 1649 door de overheid ontmanteld is. Zie hiervoor "Iets verteld over Zijdewind en't Veld" 1979 blz. 30 j en "Historie van de Niedorpen en Winkel" door Aat Wit 1982 blz. 69 e.v. De datering van de oudste munten (ca. 1610, 1626, 1629 gaat goed samen met bebouwing/ bewoning in 1648, zodat in elk geval geconcludeerd kan worden, dat men dit perceel in die tijd intensiever is gaan gebruiken. Een knoop. Op het perceel is door de heer Bruin ook een knoop gevonden die waarschijnlijk op een uniform heeft gezeten. De voorzijde toont een egaal, gekroond wapenschild met als schilddragers twee, ongelijke, gevleugelde, engelachtige? jmenselijke figuren. Op het schild staan uitsluitend de letters AJ met daaronder de letter K. Rondom het schild staat de Latijnse tekstLUDOVICUS REX PLURES NON CAPIT QRBIS"". Op welke koning Lodewijk dit slaat is op dit moment nog onduidelijk, al ligt Louis XIV voor de hand. De knoop is professioneel gemaakt, met een zeer goed bevestigingsoog, en naar mijn schatting uit de vorige eeuw. Hans Pieterse Een afbeelding van stempels voor een 18e eeuwse duit van de stad Utrecht. (De Nederl. munten/ H.E.v.Gelder)

Tijdschriften Regionaal Archief Alkmaar

Informatieblad stichting Historisch Niedorp | 1997 | | pagina 12