- 13 -
moesten toch opgebracht worden. Het is zelfs zo geweest, dat
enige tientallen jaren na de droogmaking in de 17e eeuw er
over heeft gedacht, die polder maar weer vol te laten lopen.
Gelukkig is dit niet gebeurd en nu wonen er duizenden mensen.
En hoe is dat gekomen? Door niets anders dan door de kunst
mest. In het laatst van de vorige eeuw begon hier in N.Niedorp
een landbouwer (Klaas Wit) wonende aan de Langereis een kunst
mesthandel; hij was één van de eersten. Het was in die tijd,
dat het gebruik van kunstmest in Nederland in gebruik kwam.
Het waren de meststoffen Chilisalpeter en de Zwavelzure ammo
niak (stikstof) Kaëniet en Patent kali en Thomasslakkenmeel en
SuperphosphaatAan deze meststoffen heeft de Heerhugowaard
zijn opgang te danken. Uiteraard was het een mooie en goed te
bewerken grond. Zware klei is er zo goed als niet en weldra
groeide dat magere Noordeinde als kool en ook met koolVeel
bouwland kwam er, de tuinbouwbedrijven verrezen als paddestoe
len uit de grond er er worden de laatste tijd zelfs heel wat
glasbedrijven gesticht. Maar ook bij ons in N.Niedorp deed de
kunstmest wonderen. Het deel van West Friesland, waar ons
dorp in ligt, bestaat voor het grootste gedeelte uit tamelijk
zware klei en zo ik reeds schreef, in droge zomers groeide het
over het algemeen slecht, behalve op de wat lagere gronden.
Maar die werden over het algemeen stiefmoederlijk behandeld.
Mest was er nooit genoeg op de boerderijen, zodat altijd maar
een gedeelte van het land z'n portie kreeg, want ook de gier
uit de koestal werd toen niet opgevangen in kelders, maar liep
gewoon in de poldersloten.
't Is een hele ommekeer geweest in het boerenleven. Lange
gesprekken werden er over gehouden en sommigen konden zich er
geducht over opwinden.
Maar wie de kunstmest eens gebruikte, deed het weer en hoewel
sommigen in die tijd haast te arm waren, om er aan te begin
nen, het ging door. De heer Wit, die deze handel dreef in onze
gemeente was zo overtuigd, dat het gebruik van kunstmest de
oogst zo zou beïnvloeden, dat hij menige arme stakker, geheel
op krediet leverde. Hij kreeg gelijk en z'n centen ook.
Hij was in dat opzicht een "ziener" die op zijn eenvoudige I
manier de boeren wist te overtuigen. Lange jaren heeft hij die
zaak gedreven, hoog bejaard p.m. 90 jaar, is hij gestorven en
zijn weduwe Mev.Wit-Hoogland werd nog veel ouder. Zij stierf
op de leeftijd van 103 1/2 jaar in het Tehuis voor ouden van
dagen. Toen ze 100 jaar werd, was het groot feest in het
Tehuis en ze beleefde dat jubileum nog ten volle. Wel een
bijzonderheid om te vermelden hoewel het niets met mijn ver
haal te maken heeft
En wij keren weer naar de boerderij terug. De zaken gingen
iets beter, maar de geldzorgen waren nog niet over. Een staal
tje daarvan zal ik vertellen, 't Was, meen ik, in de herfst
van 1897, het eerste jaar dat ik van school was, toen ik mijn
zakcenten moest zien te krijgen van konijnen, die ik verzorg
de. Dat was mijn boerderij en de opbrengst was voor mij.
Bovendien hadden vader en moeder mij beloofd, dat de drie