Mogelijk was deze veehouder als lid van de N.S.B. vroegtijdig
op de hoogte van de razzia. Gelukkig was hij van goede bedoe
lingen en op tijd in 't Waarland aanwezig om zijn bemiddeling
aan te bieden. Hij wist aan de Duitsers uit te leggen dat deze
Bruinen niets hadden te maken met het voorval op het pleintje
bij de Winkel van Cor Bruin waarbij wachtmeester Bruines ten
val kwam. Zijn bemiddelingspoging had sukses, de Bruinen wer
den allen vr ij gelaten en mochten hun woning weer opzoeken.
Ook de vader en broer van Nic.Stam konden weer huiswaarts
keren
Met z'n zessen in de groene legerbus naar Amsterdam.
Hendrik Tamis met zijn drie zoons alsmede Jan Veul en Nic. Stam
moesten plaats nemen in de groene legerbus. Een poosje daarna
werden zij daar weer uitgehaald en vervolgens tegen de muur van
het café gezet. Er werd een mitrailleur op een driepoot ge
plaatst, kennelijk met de bedoeling om de mannen dood te schie
ten. Gelukkig voor hen was het blijkbaar de bedoeling om ze
schrik aan te jagen, want de executie ging niet door.
Ze konden weer in de bus plaats nemen om naar Amsterdam te
worden gebracht. Daar aangekomen werden ze bij het huis van be
waring aan de Weteringschans afgezet waar de rest van de nacht
werd doorgebracht.
Het verhoor door Duitse officieren.
De volgende ochtend vroeg werden ze in een overvalwagen naar
een groot gebouw in de Euterpestraat gebracht om door de Duit
sers te worden verhoordIn een kamer van dat gebouw werden
ze om de beurt verhoord door een drietal Duitse officieren
die achter een lange tafel waren gezeten.
De beschuldiging luidde: Samenscholing tegen de Duitsers.
Dit naar aanleiding van het gebeurde in 't Waarland en aan De
Weel. Vooral over het in spert ij d nog buiten zijn, hoewel dat
ten strengste was verboden, werden de zes arrestanten uit De
Weel uitvoerig ondervraagd. Ze gaven toe, dat het 's avonds
na achten nog buiten zijn meermalen voorkwam. Dit was echter
beslist niet bedoeld om tegen de Duitsers samen te spannen of
iets te ondernemen wat niet door de beugel kon.
Na het verhoor moesten ze met z'n zessen voor een grote muur
gaan staan waarop de namen waren aangebracht van al diegenen
die door de Duitsers waren gefusilleerd.
Het stond voor hen al min of meer vast dat zij met hun zessen
de volgenden zouden zijn die gefusilleerd zouden worden.
Zij waren dan ook zichtbaar opgelucht toen ruim een uur later
een Duits officier kwam vertellen dat ze allen waren vrijge
sproken en weer naar huis konden gaan.
Omdat ze niet gezamenlijk in een grote groep naar huis mochten
lopen, moesten ze het gebouw in groepjes van twee verlaten.
Vanuit een café in de binnenstad werd naar De Weel gebeld dat
ze waren vrij gelaten en de trein zouden nemen om huiswaarts te
keren. Opgelucht stapten ze met hun zessen een paar uur later
bij de halte Noord Scharwoude uit de trein.
Zij allen waren weer vrij, maar de vreugde werd getemperd door
de dood van Piet Pater die een slachtoffer werd van de Duitse
bezetter