- 30 -
Kolhorn nog eens van de kouwe kant
In de rubriek "Alle Mensen" van de Schager Courant heeft
Gerbrand Bakker sinds enige tijd enkele kolommetjes tot zijn
beschikking om zijn kennis van de Friese taal en zijn opvat
tingen over onze Westfriese plaatsnamen in een aardig
lezenswaardig verhaal te verenigen.
Zie hier een toepasselijk voorbeeld:
o door Gerbrand
Een koude hoek in de Westfrie
se Omringdijk, tot 1844, toen
begonnen werd met de inpolde
ring van de Waard- en Groet
polder, aan het water van de
Zuiderzee. Koud zal het er vast
vaak'geweest zijn. Maar in mijn
woonplaats is het ook vaak
koud en toch woon ik niet in
'De Koude Hoek' maar gewoon
in Amsterdam.
Het dorp Kolhorn is een betrek
kelijk jong dorp. Volgens W.
Wijker (in Onze omgeving, uit
de kroniek) is het 'een uitwas
van Barsingerhorn, die spoedig
in omvang toenam'. De oudst
overgeleverde vorm is Colhorn
(1573).
Bijna ieder toponymisch woor-
door een
s informa
eens comm
e over Ko
niet hoe
werpt de
oorspronk
n en scha
annekeet
oek van K
iet Bijna
ezelfde g
erd ook g
e woonpla
er nog ee
se z e e d ij k
Koude hor
evinden o
De Waard
van Hensb
Ringvaar
denboek gaat uit van 'de kolde
hoek'; de koude hoek dus. Maar
Jan Pannekeet, die zich uitge
breid heeft beziggehouden met
de Westfriese plaatsnamen,
gaat uit van de persoonsnaam
Kol of Kolle en ik ben het van
harte met hem eens.
Het is taalkundig gezien name
lijk bijna onmogelijk dat 'koud'
de basis is voor het eerste lid. In
het Middelnederlands heeft er
in-'ons taalgebied een overgang
old/'olt - oud plaats gehad. Holt
werd hout, kold werd koud en
old werd oud. Het Duits en, ge
deeltelijk, het Fries hebben de
oude vormen bewaard. Die
overgang had in het begin van
de dertiende eeuw plaats en
hoewel West-Friesland (wel-
Aanges
proken
lezer
van on
gevraa
gd om
op dit
stukj
wist j
e nag
Gerbra
nd ver
dat Ko
lhor n
zou be
tekene
achter
Jan P
hier o
m de h
zo gek
nog n
opperd
e ik d
nr 5
Dat w
dat ee
n koud
Intu'ss
en is
oude G
roning
onverv
a 1 s t e
laars
We b
water
n 1
De Dor
psweg
brug o
ver de
belangste
tiebladw
entaar te
lhornwan
't nou zat
algemene o
e 1 ij k koud
art zich d
Het idee
olie zou g
tien jaar
edachte
edeeltelijk
ats wat ei
n ander Ko
infobln
n worden a
ns anderma
(later Hee
roek af ko
tdaar he
1 lend
erd me
leveren
t 'aars
p vat
e ho
aarm
dat
aan
gel
info
ing
gena
lhor
r 1
ange
al o
r hug
mend
e f t
ting
ek
ee
het
is
eden
bl
ege ve
ardig
n blo
8en
boden
p 'de
owaa r
en s
het g
Kolhorn; uitwas van
Barsingerhorn
licht door Friese invloed) hierin
wat achterbleef, was ten tijde
van het ontstaan van Kolhorn
die overgang al eeuwen een
feit. Bovendien wordt deze op-
vatting niet bevestigd door de
oude vorm, waar immers hele
maal geen 'd' in zit.
Als Kolhorn inderdaad 'een uit
was van Barsingerhorn' is, dan
is het gezien de persoonsnaam
in de laatstgenoemde plaats he
lemaal niet zo vreemd dat ook
in Kolhorn een persoonsnaam
verstopt zit. Zo in de trant van
'jullie hebben Barsink en wij, in
onze eigen en vanaf'nu afge
scheiden hoek, hebben Kolle'.
Maar waarom ze het destijds
met een C schreven is de vraag.
Misschien voor de deftigheid?
n door het gevoel,
was
otgelegd aan een
kan nu een echte
aan alle twijfe
oever van een breed
d).
toppend vlak voor de
ehucht gelegen