- 24 - Als het er op aankwam schrokken sommigen er niet voor terug de boel te saboteren. Om aan alle ellende een einde te maken werden in 1654 in het meest zuidelijke deel van de polder twee grote kolken gegraven, zo ongeveer op de plaats van de oude Groote Braak die daar lag,met daartussen een molenkade. Vijf grote strijkmolens kon den het water nu rechtstreeks via de Boerensluis onder de zeedijk door de Zuiderzee in malen. De Oosterpolder kreeg er tegelijkertijd een nieuwe molen bij,precies op het meest zuide lijke puntje. De Mientweg is vervolgens rechtgetrokken.(zie het kaartje) De oude namen van de percelen. Voor de aardigheid zullen we de diverse percelen volgen in de volgorde die landmeter Geleijn Pietersz. Clooster op zijn fraaie kaart heeft aangegeven, hoewel dat misschien niet zo verstandig is. De nummering kan verwarring geven. Helemaal in het noorden, zo'n beetje tegen Colhorn ligt het Heilige Geestbosch of Armeland. Een soort liefdadige instel ling beheerde een dergel ij k stuk waarvan het inkomen geheel bestemd was voor de armen. Het bestaat hier eigenlijk uit twee delen: het kleinere of oosterse'naast de Colhorner houtzaagmolen en het'groote stuck heylegeest bosch'Tussen de twee stukken ligt een afgedamde afwatering en staan enke le weidemolentjes. Men rekende dit gebied tot de Segerijdt waarmee nog eens wordt onderstreept, dat alle r ij ten en rijtjes in onze omgeving niet alleen een meertje voorstellen, maar ook alle omliggende rietlanden. Dat suggereert m.i. dat het Friese woord voor riet reit in de gemeente Niedorp naam gevend is geweest. Na de Geest volgt het eerste nummer. 1. De noords ij dt van Sijgerlandt (ook andere spelling mogelijk). 2. De zuydtsijdt van Sijgerlandt (1641) 3. Die uwer Noomptges(Noomptjes) (bijv. 1657) maar ook Middel bosch of Middelbosch met zijn aencleven 1641) Onder aencle- ven zal men wel rietlanden hebben gerekend die minder ge schikt waren. In de 19e eeuw werd de naam Roode Butter. 4. Dit werd eigenlijk voortdurend 'het Lage Stuck' genoemd. Omstreeks 1650 het Lage Stuck aen Addinge-( of Annege)land. In 1722 het Lage stuck in Segerijdt. 5.In 1640 het Groot Addingelandt en het Fok en Riedt v. Add. landt. Hiermee zal de strook bedoeld zijn die we tussen het pad naar de molen en het Lage Stuck aantreffen. Ook zien we de benaming nog uitgebreid met de vermelding 'Thiend Stuck (1722). Dit tiende stuk is dan al een echte historische naam die terug wijst naar de situatie vóór het graven van de kolken en plaatsen van de strijkmolens in 1654. 6. Na 1654 zien we dit vermeld als Kleyn Addingelandt het Agterste of 8e Stuck. -en niet het Negende wat men zou verwachten 7. Het Zevende stuck, het Noorderdamke (1669) of het Noor- derst Stuck van Dam. Later de Grote Dam.

Tijdschriften Regionaal Archief Alkmaar

Informatieblad stichting Historisch Niedorp | 1994 | | pagina 25