- 25 - Veldnamen in de Braakpolder. I In de 43e bundel van het Historisch Genootschap Oud West- Friesland zoals het toen nog voluit heette, heeft onze molen- en polderspecialist Jan Smit indertijd een artikel gepubliceerd over de molen van de Braakpolder en wat daar al zo bij ter sprake kan komen. Bij de nodige archiefstukken trof hij een met de hand ge schreven lijst met veldnamen, waarbij ook kadasternummers landgroottenbedragen van erfpacht en koop, alsmede de namen van kopers in 1850 werden vermeld. De genoteerde percelen werden dat jaar namelijk door de voormalige gemeente Winkel van de hand gedaan. Dankzij de sektienummers konden alle gegeven 19e eeuwse veldnamen op bijgaand kaartje worden ingetekend. De landerijen langs de West friese Dijk waren particulier eigendom en bleven dus buiten de beschrijving. Op blz. 22-23 van Schilstra's "In de ban van de dijk" staat een fraaie gekleurde afbeelding van de aanvankelijke situ atie in dit ingepolderde boezemgebiedAls officieel land meter vervaardigde Geleyn Pietersz. Clooster het origineel omstreeks 1637 Eén blik is voldoende om te zien dat deze droogmakerij ten minste in één opzicht sterk afwijkt van andere droogmakerijen uit die tijd: De bekende rechtlijnigheid ontbreekt. Rekening houdend met de diverse braken en dellen in het terrein, en verder met de slingerende loop van de Kromme Gouw, kwam hier iets geheel eigens tot stand. En het is frappant, dat de grenzen van de percelen in de loop van de eeuwen nauwelijks gewijzigd zijn. Het hier getekende kaartje wijkt eigenlijk alleen af aan de zuidelijke grens, waar de Grote - en Kleine Kolk werden gegraven voor de strijkmolens van de Niedorper Kogge. Als we de huidige situatie bekijken, zo'n kleine anderhalve eeuw later, valt het op, dat het noordelijk deel, tussen het kanaal en Kolhorn, nog heel weinig veranderd is. Oorspron kelijk tamelijk brede sloten dreigen hier en daar wat te ver drogen, maar eigenlijk zijn de meeste oude percelen nog goed zichtbaar. En dat is natuurlijk, zo vlak tegen het gerestau reerde Kolhorn en onze monumentale Westfriese Dijk,heel mooi meegenomen! Iets aantrekkelijks wat niet gerestaureerd hoeft te worden, alleen maar onderhouden.. In het zuidwestelijke deel, waar grasland in bouwland is om gezet, is een aantal sloten opgeofferd aan een wat doelmati ger bedrijfsvoering, een economischer landinrichting. Het verschil in landschappelijke waarde is onmiskenbaar. Ik denk, dat het een goede zaak zou zijn, als de paar boeren in het noordel ij k deel een gepaste vergoeding zouden krijgen voor het behoud van hun bezienswaardige weilanden. Als men de belangen van het toerisme voor onze contreien echt zo hoog in het vaandel heeft als wel gesuggereerd wordt kunnen alle partijen hier wijzer van worden. Een slingerend schelpenpaadje langs de Kromme Gouw moet dan ook maar eens kunnen.

Tijdschriften Regionaal Archief Alkmaar

Informatieblad stichting Historisch Niedorp | 1994 | | pagina 26