- 23 -
Zo schrok bij het zien van de angstig bevende man op de stoep,
maar even later voldeed zij aan zijn dringende verzoek de pastoor
te waarschuwen. 'Pestoor, d'r staat een kirrel op de stoep..
Hai is bar konfuus en je moete metien komme, zoit ie. Ik kin
'm niet, want ik heb 'm nag nooit in de kerk zien..'
De pastoor, die zich al ter ruste had begeven, kleedde zich zo
snel mogelijk aan en stond even later tegenover de man die zijn
hulp inriep. Klaas vertelde het hele verhaal aan pastoor, die
steeds maar ernstig knikte en tenslotte zei: 'Zo, zo, da's heel
erg, heel erg, maar ik ga direct met je mee. Laten we bidden
dat het goed afloopt..!' Pastoor trok zijn jas aan en stapte
naast Klaas in de tilbury. 'Huu knol', zei Klaas, maar het paard
bleef stokstijf staan. 'Huu vort rotknol', zei Klaas, maar het
hielp niets, het dier verzette geen poot. Toen pakte de boer
zijn zweep, maar pastoor greep Klaas bij de arm en zei geheim
zinnig: 'Ho, wacht eens..kijk daar eens, recht voor je.. Zie je
niets? Daar, precies tussen de oren van het paard door moet je
kijken..' Klaas keek in de aangewezen richting, maar zag niets.
'Zie je die twee vurige ogen dan niet?' vroeg pastoor.
Maar hoe Klaas ook tuurde in het duister boven de paardekop, hij
ontwaarde niets, helemaal niets. Toen stapte pastoor uit de til
bury, ging vlak voor het paard staan, prevelde een paar latijnse
woorden, maakte tenslotte een groot kruisteken en ineens
begon het dier te steigeren en angstaanjagend te hinniken, zodat
Klaas de grootste moeite had hem in toom te houden.
Pastoor nam weer snel plaats in de wagen en toen zette het paard
er de sokken in. Geweldig, zulk hollen als het deed.
Het vloog gewoon over de weg ondanks het diepe duister en koerste
recht op de boerderij van Klaas aan. Daar stond het met een ruk
stil, zodat pastoor en koetsier bijna uit de tilbury tuimelden.
Het stomme dier stond over zijn hele lijf te trillen en zag wit
van het schuim. De twee mannen gingen naar binnen, pastoor voor
op, maar voor hij de kamer instapte zei hij tegen Klaas op gebie
dende toon: 'Haal eens snel een strohalm.' 'Een strohalm pestoor?
vroeg Klaas en hij keek de man aan alsof hij het in Keulen hoorde
donderen, 'n strohalm?? Wat wou je daarmee..?'
'Doe nu maar wat ik je zeg, haal een strohalm en vlug..'
Klaas begreep er natuurlijk niets van. Hij dacht nog aan die dikke
stok van de dominee, wat moest pastoor nu in hemelsnaam beginnen
met een strohalm..?
Maar hij ging naar de dors en kwam al gauw met een halm terug.
'Nu moet je eens goed luisteren', zei pastoor, 'jij haalt de
platte wagen, je rijdt hem hier voor het huis en je spant het
paard er voor. Vraag nu niet naar het waarom, maar doe wat ik je
zeg..! En Klaas liep alweer met het gezicht van een kleuter die
de broek vol heeft. Nu komt het..
Pastoor sloeg een groot kruis, stapte de kamer in en liep voor
zichtig maar vastberaden naar de schouw.. En ja, daar lag het
zwarte ondier weer. Pastoor bleef vlak voor het monster staan
en keek het recht in zijn onheilspellende vurige ogen.
De grijze herder maakte nogmaals een kruisteken en zei toen op
plechtige bezwerende toon: 'Satan, ik beveel je in de naam
van God: vertrek van deze plek..!'