- 19 - 's Avonds in bed bedacht ik hoe prachtig het zou zijn als de Heerhugowaard weer een groot meer kon worden. Later, toen een leidekker genaamd Hoed (waarom onthoudt een mens zo'n naam?) maanden bezig was met het maken van een nieuw leien dak, bekeek ik het werk dagelijks, 't liefst vanaf zijn smalle steiger. Als liefhebber van stunts beklom ik op een zaterdag via een neerhangend touw de kerk. Op de nok aangekomen maakte ik flink veel lawaai om aandacht te trekken. Jammer genoeg was Oude Niedorp één van de stilste dorpen van West-Europa en omstreken Mijn enige succes, na behouden terugkeer op de aardbodem, was een draai om mijn oren van mijn moeder. In de consistoriekamer van de kerk was een uitleenbibliotheekj gevestigd waar duizend boeken in bruin kaftpapier op planken stonden. Jaap van Zoonen beheerde, vulde de collectie aan en leende uit. Dat uitlenen gebeurde op zondagochtend. Heerlijk. Omdat ik mijn eigen boeken al meermalen had gelezen en die van de kleine schoolbibliotheek en de boeken van mijn buurjongen Arie van Zoonen ook uitgeput raakten, was de kerkbibliotheek een uitkomst. Je had als kind de handicap dat tot zeker je vijftiende jaar voor je werd bepaald wat goed voor je was. De keuze was dus altijd beperkt. Stiekem en met rode oortjes las ik uit de ouderlijke boekenkast "Het meisje met de blauwe hoed" toen ik dertien was. In de kerkbibliotheek was een boek over of misschien wel ge schreven door Albert Schweitzer. Wat een diepe bewondering kreeg ik voor die man. Zijn diep religieuze overtuiging maakte zoveel indruk op me, dat ik meer over het Christendom wilde weten. Onze 17e eeuwse muf ruikende bijbel was onleesbaar voor me

Tijdschriften Regionaal Archief Alkmaar

Informatieblad stichting Historisch Niedorp | 1994 | | pagina 20