7 /ii cJt* tl JU: Jjl JJJ* c - 20 - Het Haardstedengeld Een bijzondere straf die van hogerhand kon worden opgelegd was het z.g. haardsteden- of schoorsteengeldEen gemeenschap had dan gedurende een bepaalde tijd een bepaald bedrag per huis te betalen. Welnu, de steden werden tot drie stuivers per haardstede ver oordeeld en de dorpen tot twee en dat tot eeuwigen dagen.. Nu duurt eeuwig in dit soort bepalingen meestal niet zo erg lang. 't Is per slot mensenwerk. Laten we eens zien wat er in werkelijkheid gebeurde. Onze machtige geldschieter Claes Corf kocht zes jaar later het haardstedengeld op en betaalde daar ruim 4000 pond voor. Na zijn dood in 1506 gingen de schoorsteenrechten in principe eindeloos op z'n nazaten over. Alkmaar besloot in 1518 z'n verplichtingen af te kopen met zo'n 3000 pond. Dan was men in één keer van die voortdurende ergernis af. Intussen had de zoon van Claes -met de merkwaardige naam Dirck Symonss.- een godewelgevallige bestemming bedacht voor de aan houdende stroom judaspenningen. Het werd een klein Proven- of Oudemannenhuis, vlak bij zijn woning,in de Schoutenstraat. Dus op geringe afstand van de Grote Kerk. Er kwamen zes kamertjes met een eigen privaat en schoorsteen, plus een gemeenschappelijke ruimte. De proveniers kregen 'een joncwyf om het luyden te bedienen'. Ze waren ver plicht om elke dag ter hoogmis en ter vesper te gaan. Dat kon natuurlijk gemakkelijk vanuit het Hooge Huys worden gecontroleerd Het hele reglement waaraan men zich te houden had en dat daarom vier keer per jaar werd voorgelezen is een curieus document. Dat houdt U nog even tegoed. Het Huis van Zessen, 't oudste hof je van Alkmaar, heeft als zodanig tot 1979 gefunctioneerd. Dat is 466 jaar! Het moet haast een record zijn. Schilderachtig zag het er bepaald niet uit. Er zijn tenminste geen af beeldingen bekend die ook maar enigs zins lijken op ons bekende hofjes. Het is jammer, maar het is niet an ders. Als U het wilt zien zoekt U nummer 2 in de Schoutenstraat. Het is nu een pastoraal centrum van de Dominicanen. Zij hadden de kerk aan de Laat waarvan nog een torentje rest, maar dit terzijde. Wil dit voor ons allemaal echt wat betekenis krijgen moet de bemoeienis van Niedorp met het Provenhuis lang hebben geduurd. En wat blijkt uit onderstaande notities? De gemeente Winkel heeft tot 1806 betaald. Dat is driehonderdveertien jaar lang, voor 128 huizen 12 gulden en 16 stuivers. êtt.

Tijdschriften Regionaal Archief Alkmaar

Informatieblad stichting Historisch Niedorp | 1992 | | pagina 21