- 11 -
Als zij hun kans schoon zagen was het wel zeer verleidelijk
om er enkele uit de grond te trekken en op te eten.
Dit gebeurde dan ook enkele malen hoewel het in feite diefstal
was. Toen dit de veldwachter ter ore kwam nam deze maatregelen
en schakelde meester Grootes in. Op een gegeven moment werden
de lessen onderbroken en richtte meester zich tot de leerlingen
uit de hoogste klassen. Hij vertelde over een arme man die
beroofd werd van het weinige dat deze nog bezat. Het ergste
was dat dit gebeurde door iemand die in overvloed leefde en
het aan niets ontbrak. Op de vraag van meester hoe de kinderen
dat vonden, werd eenparig geantwoord: "Slecht meester, heel
slecht"
Meester knikte zeer instemmend en zei vernomen te hebben dat
enkele kinderen uit de Moerbeek iets dergelijks hadden gedaan,
door van het "armenland" de lekkere worteltjes en knolletjes
weg te halen
Er heerste een diepe stilte in de lokalen terwijl de meester
ook zweeg en niet vroeg wie het hadden gedaan. Het verhaal
had stellig grote indruk op de kinderen gemaakt want nadien
werd er nimmer meer van een dergelijke diefstal gehoord.
Als de school uit was gingen de Moerbeker kinderen veel naar
dokter Swartsenberg om te vragen of er nog medicijnen voor de zie
ken in de "Morrebok" meegenomen moesten worden. Als dat het
geval was kregen de kinderen van de dokter een stukje "zoethout"
of een dropje voor het meenemen.Bij afgifte van de medicijnen
in de Moerbeek zat er vaak een cent beloning aan vast voor de
bezorgers
Het dagelijks bezoek aan de school naast de kerk in Nieuwe
Niedorp eindigde in oktober 1879.
Een nieuwe school in de Moerbeek.
Op 6 oktober 1879 werd de nieuwe school in de Moerbeek geopend
en konden de kinderen die daar woonden en ook die uit de Kampen
en omgeving, op deze school het onderwijs ontvangen.
De school was door de vader van Simon Blom gebouwd voor een
bedrag van f. 6666,00 en stond aan de Moerbekerweg tussen de
Wateringskant en Moerbeek in. Tot hoofdonderwijzer was benoemd
de heer B.Sieswerda uit Uitgeest, die geheel alleen het
onderwijs voor zes klassen moest verzorgen. Het was niet bepaald
een lichte taak die hij op zich had genomen. Meester Sieswerda
was een goed onderwijzer want hij leerde de kinderen zelfstandig
denken en werken, zodat zij al vroeg op eigen benen konden
staan
Tegen over de school waren nog twee flinke bospercelen die veel
door de jeugd werden bezocht. Er groeiden daar wilde aardbeien
en bramen, een geliefde lekkernij voor de kinderen.
Ook verbleven en nestelden er veel vogels, voor de jongens was
geen boom te hoog om bij de eieren te kunnen komen.
Tweemaal was Simon Blom in zijn jeugd getuige van een brand
die veroorzaakt was door het inslaan van de bliksem.
Dit betrof de boerderij "Kieftenburg" aan de Hoogenbieren bij
Haringhuizen en de meelmolen aan de Veiinik.
De molen is nadien niet meer opgebouwd.