- 18 - Het lijkt zeer onwaarschijnlijk, dar deze aanslibbing uit zichzelf zo'n eiland kan vormen en in stand kan houden. De sloot tussen dijk en Tjarde zal dus wel gegraven zijn in verband met een gewenste vlotte afwatering en verder misschien nog met het oog op een zekere afperking. Het was Heerlijk bezit van Graaf d'OultremontHeer van Schagen. Daar hoeft men zich niet over te verbazen. Ten eerste heeft de ontstaansgeschiedenis van Kolhorn als zowel uitwateringsplaats als havenplaats zeer veel te maken met Schagen. Ten tweede hadden de Heeren zo hun rechten op nieuwe stukken grond. Men zal zich wellicht herinneren dat de aan slibbing in de andere hoek bij de Weijsendhorn ook als Mijnsheeren- buytenland werd aangegeven. Overigens zien we ook daar in een bepaalde periode -kunstmatige- eilandvorming. Als het buitendijkse land droog genoeg bleef kon er wat vee op worden geweid, soms werd het alleen als hooiland gebruikt. Op de slikkerige randen zullen zoutminnende planten hebben gegroeid. Om iets aardigs te noemen kunnen we denken aan zeeaster of lamsoor. Misschien hebben deze kleurrijke planten de Kolhorners op het idee gebracht 't eiland 't Jarde Fries voor de tuin) te noemen. Overigens kan men jard ook vertalen met gaard waarbij het afgesloten of ingesloten karakter van een stuk grond benadrukt wordt! Dat zou in dit geval ook heel goed van toepassing kunnen zijn. De verwantschap met andere Westeuropese talen is hier opvallend: yard, garden, Garten, jardin Precies anderhalve eeuw geleden werd er bij koning Willem II toestemming gevraagd om de Waard- en Groetgronden in te dijken. De aanvraag werd gedaan door de Winkeler kandidaat-notaris H. Koomen en de kunstschilder C.J.L. Portman uit Beverwijk. Een jaar later, dus in 1843 was de goedkeuring binnen en werd er een maatschappij opgericht met als voorzitter E.T. Scheltinga- Winterberg, burgemeester van Nw. Niedorp en als alg. secretaris B. Tideman, notaris in Amsterdam. De firma Kerkhoven en Co uit Amsterdam belastte zich met de financien. Volgens de notulenboeken vonden er diverse vergaderingen plaats in Amsterdam. Genoemd worden koffiehuis De Karseboom, een lokaal van het Leesmuseum aan het Rokin en Odeon aan de Singel. Voor 600 werd de Tjarde van Graaf d'Oultremont overgenomen om er een directiekeet op te bouwen. In 1844 werd het werk aangevangen waarbij zo'n achttien a negentien honderd arbeiders in de drukste weken tegel ijk bezig waren met als voornaamste gereedschap kruiwagen en schop. De Tjarde werd al spoedig het middelpunt van een ernstig conflict. Zo'n duizend arbeiders legden tussen 6 en 12 mei het werk neer en eisten dat het dagloon van 1,75 v/erd verhoogd tot 2,00. Dat was eigenlijk een beetje vreemd omdat het loon betrekkelijk hoog was. Een gerede angst voor loonsverlaging zou wel eens de hoofdreden geweest kunnen zijn. Ik verwijs hier graag naar de 50e bundel van het Hist. Gen. Oud Westfr.blz. 68 - 91, een artikel van Herman de Vries) Staken was verboden in die dagen. Leger en vloot kwamen er aan te pas. Zo'n 150 man infanterie en cavalerie plus twee kanonneerboten dwongen de arbeiders tot overgave. Er hoeft geen twijfel over te bestaan dat de woon- en werkomstandig heden naar onze maatstaven miserabel waren.

Tijdschriften Regionaal Archief Alkmaar

Informatieblad stichting Historisch Niedorp | 1992 | | pagina 19