- 11 -
Ab S t am
In aansluiting op het stukje van mevr. Wiedijk
in het laatst verschenen juni-nummer het volgende:
Zij vraagt zich af wat het meest bijzondere was, Ab Stam
of de tram Wognum-Schagenwaar aan hij verbonden was.
Een goede vraag, want al zou er over dat tramlijntje heel
wat te vertellen zijn, over Ab Stam is ook wel een boekje
open te doen.
Over de doden niets dan goeds, is het gezegde, maar beter
is de realiteit hierbij niet uit het oog te verliezen.
Het zal best zo geweest zijn dat Stam de kinderen verbood
een cent op de rails te leggen. Niet omdat de tram dan
1 milimeter omhoog werd gelift, maar waarschijnlijk meer
omdat hij de kinderen dat pleziertje niet gunde.
Waar het "hondenverhaal" vandaan komt is mij een volslagen
raadsel. Nimmer zag ik Albert Stam gewapend met een lever
worst door het dorp flaneren. Ook nimmer, zag ik hem omringd
door kwispelende honden.
Het hondenkorps was in die dagen dan ook minder talrijk als
tegenwoordig. Ik herinner mij slechts enkele honden in de
omgeving van Stam's eventuele gang naar de slager.
Het hondje van Elias Wit, wonende in het bootje bij de
"Grindhoop" t/o de Terdiekerweg en het hondje van Dirk en
Jantje Smit, wonende vlak bij garage Peereboom, later Anne
Molenkamp, door ons genoemd Anne Kolendamp.
Dan was bij genoemde garage Peereboom de veel geprezen herder
MEmma" aanwezig. Zij wekte met haar geblaf de familie bij de
garagebrand
Nu zal het wel zo geweest zijn dat Ab Stam, eens een worst
gekocht hebbende, door Emma werd besnuffeld. Abdie een heilig
ontzag voor Emma had, heeft waarschijnlijk onder het uiten van
prijzenswaardige woorden gauw een stukje van de worst gesneden
en uit vermeend lijfsbehoud dit aan Emma gegeven.
Omdat Ab niet als een gever bekend stond is dat voorval als zo
bijzonder overgekomen dat het een verhaal op zich is geworden.