- 15 -
Het eerste verkavelingswerk in blok 68 was het uitbaggeren van
de oude bestaande sloten en het uitgraven 'cunetten' van de
nieuwe wegen.
De eerste vondst die ik deed was de bodem van een crematiepot
met daar omheen nog de paaltjes tegen het instorten van het graf.
Dit grafrestant vond ik in een hap grond die de dragline uit de
slootbodem had gebeten.
Op een perceel in de bocht waar de Noorder Rekerdijk in de Westfriese
overgaat vond ik veel Fries aardewerk op de kaart plaats nr.1).
De vroegere landeigenaar, de heer Bommer had daar in 1947 al eens
complete potten gevonden, maar omdat er geen geld in zat had hij
de potten, zeer teleurgesteld, kapotgegooid
Ik onderzocht het land van Bommer met een uit betonijzer gemaakt
steekijzer en vond twee primitieve naast elkaar gelegen water
putten uit de Romeinse tijd. Beide putten waren niet beschoeid en
gevuld met een donkerbruine humeuze molmsubstantie
De eerste put leverde een kruik met wijde hals op, voorzien van
oortjes met eronder drie ronde kuiltjes.
Arie Schermer is in W.F.O.N. '69 wat
meer gedetaillleerdOp 0,50 m. boven de
bodem lag een heel licht geelgrauwe vrij -
glad afgewerkte engmondige gladrandige
bolvormige pot met twee oren, net onder
ieder oor drie ingedrukte noppen. Op de
onderste helft van de pot vanaf de bodem
'opgestreken' donkere vingerstrepen
Verschraling van de pot was niet te zien.
Hoogte 21 cm, licht beschadigd, maar her
steld.
Verspreid in de putvulling werden nog
scherven, beenderen, een klein kroesje
-compleet- van een lichtgrauwe en zacht
gewolkt baksel te vinden.)
Wagenaar vertelt verder: De tweede put leverde een wijdmondige pot
met twee oortjes op, die gezien de ingesleten gleuven in de oortjes
kennelijk dienst had gedaan als putaker. Hoewel de zwarte plekken
op de onderzijde van de buik het voorwerp als kookpot tekenden
had het blijkbaar toch het laatst dienst gedaan om water omhoog te
halen
Verder vond ik in de put een bronzen wijnzeef. Er vlakbij lag een
potje met vlakke voet en 12,7 cm hoog. De wijnzeef paste op het
potje alsof het
potje ervoor was
gebakken. Nog vrijwel
intact was het half-
bolvormige zeefge-
deelte en vanaf de
ringvormige boven
rand is nog een uit
staand stuk van de
afgebroken steel te
zien. De pot en de
zeef, een zeldzame
vondst, lijken duidelijk
in combinatie met
elkaar te zijn gebruikt.
De Romeinse wijnzeef
getekend door C. Wagenaar
Zie ook Archeo-logica
blz. 147 F. Diederik.
