- 12 -
Het onderwijs in de gemeente Winkel.
In het jaar 1831 blijkt de school in Winkel oud te zijn en in een
slechte staat van onderhoud te verkeren. Vanwege de kleine glas-in-
lood-ramen was de verlichting in het gebouw zeer matig. De banken
waren ondoelmatig en moesten vervangen worden. De school beschikte
over goede borden, waarvan één met schuiflijsten en letterplanken
In het koude jaargetijde geschiedde de verwarming met behulp van
stoven. Het "geheim gemak" was gecombineerd voor jongens en meisjes
en ver van de school verwijderd. Hoewel we nadien niets over
verbeteringen aan de school vernemen, blijkt dat het schoolgebouw
in 1840 in goede staat verkeert evenals de schoolmeubelen en leer
middelen.
De verwarming vond plaats door een kachel die met hout en turf werd
gestookt
In 1832 was tot "onderwijzer der jeugd" benoemd de heer K. van
Loenen, in het bezit van de tweede rang.
In het jaar 1840 bezochten 100 kinderen de school van onderwijzer
Van Loenen, die geheel alleen voor de zware taak stond de leerlin
gen het nodige onderwijs bij te brengen.
In de eerste klas werd het lezen geleerd, in de tweede klas kwam
daar het schrijven bij, terwijl in de derde klas nog rekenen,
geschiedenis en aardrijkskunde geleerd kon worden. De kinderen
kwamen echter zeer onregelmatig naar school en slechts enkelen
bleven lang genoeg om iets te leren van geschiedenis en aardrijks
kunde. Omdat de ouders het niet noodzakelijk vonden dat de meisjes
konden rekenen of iets leerden van geschiedenis en aardrijkskunde,
verlieten deze meestal de school als ze konden lezen en schrijven.
De onderwijzer beklaagde zich over een grote achterstand in het
betalen van schoolgeld en schoolbehoeften. Dit had tot gevolg dat
meester Van Loenen weinig medewerking verleende aan het afgeven van
leermiddelen. Het resultaat was»"dat men in Winkel zeer ten
achter kwam met het onderwijs."