- 27 -
30.Het land van Bregt is genoemd naar de eigenares, Brecht Brugman,
die aan de Mientweg -om precies te zijn 't Dooie End- samen met
Gert Roos een boerderij bewoonde.
78.Het Land van Mul wijst terug naar een bekend molenaarsgeslacht.
Waarschijnlijk gaat het hier om Pieter Mul uit de Weeremolen.
De Bosnamen in de Zoutkaag duiden meer op rietbossen met hier
en daar wat groepjes wilgen en elzen, dan op 'echte' bossen.
83.Het woord Ruig(te) geeft eigenlijk hetzelfde weer.
82. Bij Slapige is aan slappe te denken in de zin van drassig.
85.Wellicht betekent Dokeland duikend land, hoewel Doeke met doei(ke)
in verband zou kunnen worden gebracht. Doei betekende honger in
het Westfries.
87.Beinop zou met het Westfriese benopen te maken kunnen hebben:
ontberen, dus kommer en kwel..
60.Reubei blijft raadselachtig.
83.Muyl duidt mogelijk op een achternaam.
Een aantal namen uit de Zuyder Zoutcaagh (zuidelijk van de Weeresloot) is nog
niet thuis te brengen: Dubbels kuilen), Overluytgedeel (over hier 'hoger
gelegen', luytge klein), Neerluytgedeel't Noorders v/h Binnenland, Kuwels-
vierendeel -ook Noordervierendeel of Noordooster?-, OuwelsvierendeelBoysche
Vennen -ook Noorder Booyse Bos?-, Boysche Bosch, Zuider Stijlstuk, Lutgedeel en
de Bosjes in de Weere..
Zoals al hier en daar is aangegeven, hebben we ongetwijfeld te maken met over
lappingen. De namen komen uit verschillende opgaven uit verschillende tijden.
Zowel de Zoutkaag als De Braaken (Braakpoldergebied) waren 'gemeene landen,
eerst bezit van de gemeenschap, later de Gemeente. Een vijfde deel behoorde
echter tot de Grafelijkheid. Van de resterende viervijfde was de helft van de
pachtopbrengst voor de kerk en de andere helft om algemene belastingen te
voldoen als bijv. sluis- en dijkgelden.
Het nagras ook wel etgroen of etgroede genoemd) werd wel apart verpacht ten
behoeve van de armen.
Als men bij het korte ongedempte stuk van de Mientsloot (mient
gemeente) de Weerepolder inkijkt, kan men de verlopende hoogten
van de percelen uitstekend waarnemen: Links ligt de Mientsloot
nog onder het maaiveld, maar dicht bij Het Kanaal is een kade
duidelijk noodzakelijk.
Precies op de hoek begint het Doke- of Doekeland.
In
elk geval is de Zoutk
aag als
geheel
thuisge
bracht
al
ka
n
er
en
ige twijfel blijven best
aan bij
het gede
elte zu
i de lijk
van
d e
e e
ndenkooi; met name De
Beinop
zou mis
schien
nog bij
het
ou
de
bu
itendijks land gerekend
moeten
worden
Na
de verkaveling zal de
herken
baarheid
van he
t oude
land
SC
ha
p
e r
niet gemakkelijker op
worden
Daarom
pak de
fiets
en g
en
i e
t
no
g even van perceeltjes
als t
Krof f ie
aan de
Zoutk
aagwe
g
Jan Keuken