van een uurwerk is ondernomen. Ten tweede: Onze taxatie van de leeft ij d van het uurwerk en de originaliteit van de walsen zat aardig in de richting. Dat is natuurlijk goed voor het prestige van de Stichting. Echt verder nut heeft het niet veel; leuk is het wel. Maar laten wij ons niet verliezen in een strijd wie het oudste uurwerk ter wereld bezit. Wat meer van belang is, is dat er nu een uurwerk van die leeft ij d staat dat volkomen in staat is om dagelijks de tijd aan te geven en de uren te slaan. Als men bedenkt dat het hier een machine betreft van ongeveer 5^ eeuw geleden, is dat toch een ongelooflijke zaak. Welke soort machines, behalve misschien andere uurwerkenhebben dat nog meer gepresteerd? En wat is daarvan overgebleven? Wat daar dan nog bijkomt, dat hebben wij als deelnemers van de Stichting voor elkaar gekregen. De ouderdom herkend, de eerbied opgebracht, het vakmanschap bewezen Het is onmogelijk om iedereen die hieraan heeft meegewerkt persoonlijk te bedanken: het zijn zo'n 20 tot 25 man die allen wel iets hebben gedaan. Sommigen zelfs veel, b.v. het sjouwwerk van de zware onderdelen en het staalgrittenhet zwarten, alle maal vies en zwaar werk. Ook mag niet worden vergeten dat dit alles mogelijk was door de faci liteiten die door onze grote sponsor worden geboden, (i Mensen, wat er verder ook met het uurwerk zal gebeuren, en dat zal als het aan het bestuur ligt tenminste zijn het normaal in bedrijf gaan van het uurwerk en op een of andere manier een ruime nationale belangstelling ervoor kweken, de grootste winst is geweest het preciese bewijs van het nut van het bestaan en het vakmanschap van onze Stich ting tot het Behoud van het Torenuurwerk. Laten wij daarmee doorgaanWat is het toch een toeval dat wij binnen ons be trekkelijk kleine werkgebied onder dat vijftigtal torenuur werken zo'n juweel aantroffen. Dat zoiets staat in een dorp in Noord-Holland, hoe is het mogelijk! (1 Hoogovens

Tijdschriften Regionaal Archief Alkmaar

Informatieblad stichting Historisch Niedorp | 1987 | | pagina 6