15 - VERBORGEN HISTORIE IN DE BODEM VAN WEST-FRIESLAND (Tien jaar archeologisch onderzoek in de gemeente Niedorp) Bij het schrijven over de historische en archeologische bevindingen in de gemeente Niedorp dwalen mijn gedachten onwillekeurig af naar de lagere-schooltijd in Nieuwe Niedorp uit de jaren 1936 - 1943. Wat kon onze uit Drente afkomstige hoofdonderwijzer tijdens de geschiede nisles boeiend vertellen over de steentijdbewoners uit zijn provincie en het bijzetten van hun doden in de hunebedden. Uit die periode viel over het westen van ons land niets te melden, zo werd ons verteld. Toen één van mijn klasgenoten een door hem in de tuin gevonden stenen bijl meebracht, wist "meester" deze wel in de steentijd te plaatsen, maar dat die bijl ooit in ons gewest gebruikt kon zijn was uitgesloten. West-Friesland als aanslibsel van de grote rivieren, kwam eerst ter sprake in het jaar 1256 toen Graaf Willem II in de strijd tegen de West-Friezen sneuvelde bij Hoogwoud. De onderwerping door Floris V en het bouwen van de dwangburchten kregen uiteraard ook vrij uitvoerig de aandacht. Voor wat West-Friesland betreft was daarmede de oudste historie wel afge sloten; het was hier een vrij jong gebied waarover uit de vroege middel eeuwen of eerder weinig viel te vertellen. Intussen weten we wel beter: vooral na de vijftiger jaren is West-Fries land vanwege de archeologische vondsten een historisch interessant gebied geworden. In de oudere archiefstukken uit de voormalige gemeenten Nieuwe Niedorp, Oude Niedorp en Winkel vinden we van vóór het jaar 1500 zeer weinig vermeld. Volgens de kronieken werden deze dorpen in het laatst van de 12e eeuw enkele keren in brand gestoken en sneuvelde Graaf Arnulf in het jaar 998 op Winkelmade bij Winkel. Tijdens het opzoeken van gegevens voor het in 1982 verschenenen boek "Historie van de Niedorpen en Winkel" werd het door mij als een gemis ervaren dat de archiefstukken niets vermelden over de oudste bewoning in de voormalige Niedorperkogge Om oudere gegevens te kunnen vergaren werd in 1975 begonnen met een ar cheologisch onderzoek in de achtertuinen van de bebouwing aan de Dorps straat van Nieuwe Niedorp. In ruim tien jaar tijd is een flink aantal kleine en grote tuinen onderzocht op archeologisch waardevolle gegevens. In eerste instantie ontbrak hierbij elke vorm van deskundigheid die echter door studie en ervaring en niet te vergeten veel museumbezoek, op een hoger peil is gebracht. Het lidmaatschap van de Archeologische Werkgemeenschap Nederland-A.W.N.— en spoedig daarna een funktie in het afdelingsbestuur, stimuleerden de archeologische aktiviteiten. Het doen van een opgraving is afhankelijk van het aantal en de soort scherven die in de bovenste laag van de tuingrond wordt aangetroffen. Vervolgens wordt met behulp van de grondboor onderzocht of er zich askuilen en gedempte sloten in de tuin bevinden, wat veelal een gunstig resultaat oplevert. Bij de gedane opgravingen is gebleken dat in enkele gevallen omstreeks het jaar 1500 dicht bij de bebouwing is begonnen met het deponeren van huishoudelijk afval in de sloot, terwijl na enkele tientallen meters aan het einde van de erfgrens met de demping was gestopt. Op deze plaats betroffen de vondsten dan vroeg twintigste eeuws materiaal.

Tijdschriften Regionaal Archief Alkmaar

Informatieblad stichting Historisch Niedorp | 1986 | | pagina 16