DE CRISISJAREN^ 1930_- 19^0_fVervolg)
(liet voorgaande gedeelte van dit onderwerp is opgenomen in
ons inf o-hlad nummer h)
Politieke tegenstellingen.
Voor politieke tegenstellingen bleef men bij de gemeentebesturen ook
niet bespaard, vooral in Winkel kwam dit naar voren.
Burgemeester Koster en wethouder P. van Zoonen waren van mening dat
de georganiseerde arbeiders een iets hogere uitkering moesten ontvangen
vanwege het geldelijk offer dat zij zich getroostten om bij werkloos
heid gedurende een zekere tijd van een uitkering verzekerd te zijn.
Ongeorganiseerden deden dat niet en steunden direkt op de gemeenschap.
Wethouder Brugman vond dat de overheid hierin geen taak had en dat
het aanmoedigen van arbeiders om toe te treden tot een organisatie
achterwege moest blijven.
Toen P. van Zoonen met veel geestdrift een plan voor sociale woning
bouw in Winkel naar voren bracht, kon de heer Brugman dat plan niet
steunen. Hij was van mening dat met het^aankwekei?'van een grotere ar
beidersbevolking geen gemeentebelang gediend was.
Hulp aan de bevolking.
Toch werd door de gemeentebesturen veel gedaan om het noodlijdende
deel van de bevolking te helpen. In Winkel werd gedurende enkele jaren
aan tuinders die het zeer moeilijk hadden gratis kunstmest beschikbaar
gesteld; in 1933 waren dat 115 baaltjes.
Bij de bebouwde kommen plaatste men borden waarop het gebruik van pro-
dukten met Nederlands fabrikaat werd aanbevolen.
Deze aanbeveling diende om de werkgelegenheid in eigen land te be
vorderen.
Door werklozen werd het bomenbestand in de gemeente Winkel gesnoeid
en waar nodig gerooid. Het hout kon als gratis brandstof onder de be
hoef tigen worden verdeeld.
Het plan om ook de iepebomen langs de Dorpsstraat te rooien en daarna
door lindebomen te vervangen vond geen doorgang. Onder druk van de
bevolking kwam men tot andere gedachten.
Het hoogheemraadschap voerde met voorrang verbeteringen uit aan de
Westfriesedijk bij de Boerensluis onder Lutjewinkel.
Dit gaf weer werk aan een flink aantal werklozen evenals het baggeren
in de Voorsloot langs de Dorpsstraat in Winkel en in de Oosterpolder.
Werkverschaffing in de Wieringermeer
Een groot aantal werklozen uit Winkel, de Niedorpen en wijde omgeving
kon te werk worden gesteld bij het in cultuur brengen van de in augustus
1930 drooggekomen Wieringermeerpolder
Wie minder dan 15 km van het werk af woonde moest gebruik maken van
een eigen rijwiel, waarvoor een vergoeding werd gegeven van 0,75
per week.
Wie verder van het werk woonde kon worden vervoerd met een bus. Het
loon bedroeg 0,25 per uur.
Gedurende de periode april tot en met september werd er 55 uur per
week gewerkt wat een salaris gaf van 13,75 per week.
In de winter werd nog een brandstoffentoeslag gegeven van 1per
week
Wie niet in de werkverschaffing geplaatst kon worden was aangewezen
op de steunregeling voor werklozen en moest iedere werkdag een kaart
ter kontrole laten afstempelen.