Verliesgevende exploitatie van de tramlijn.
Jaren waarin winst werd gemaakt op de exploitatie van de tramlijn
Schagen - Wognum heeft de maatschappij vrijwel niet gekend.
De resultaten van het bedrijf bleven beneden de verwachting terwijl de
schulden jaarlijks groter werden.
Toen de exploitatie van de tramlijn in gevaar dreigde te komen was de
Hollandse IJzeren Spoorwegmaatschappij bereid de voortzetting te garan
deren mits alle aandelen aan haar zouden worden afgestaan. De aandeel
houders gingen hiermede akkoord en stonden in 1904 hun aandelenbezit
af aan de H.IJ.S.M.
Enkele jaren later werden in verband met de geleden verliezen de aan
delen omgezet in renteloze voorschotten.
Desondanks leverde de periode 1913 tot en met 1924 een gemiddeld verlies
op van 60.000,per jaar.
In november 1925 ontvingen de aandeelhouders een brief van de Nederlandse
Spoorwegen als mede-belanghebbende, waarin werd medegedeeld dat, gezien
het grote tekort dat de tramlijn Schagen - Wognum opleverde, een staking
van de exploitatie in ernstige overweging werd genomen.
Instandhouding van de lijn zou nog mogelijk zijn indien de aandeel
houders genegen waren gezamenlijk jaarlijks maximaal 60.000,op het
tekort bij te dragen.
Een eventueel groter tekort kwam voor rekening van de staat.
Rapport van de Provinciale Waterstaat.
In een .door de direkteur van de Provinciale Waterstaat uitgebracht
rapport werd duidelijk gesteld: "dat, gezien het jaarlijks verlies
dat de tramlijn oplevert en nauwelijks verwacht mag worden dat de toe
stand zich in de loop der jaren zal verbeteren, verdere exploitatie
weinig zinvol zou zijn.1'
In 1924 bedroegen de ontvangsten aan:
passagiersvervoer
bagage
goederen
levende dieren
overige ontvangsten
Totaal ƒ,36.185A31
In 1924 waren erop het traject Schagen - Wognum ongeveer 11 tramritten
per dag. Aan passagiersvervoer werd per dag gemiddeld 60,ontvangen,
dit betekende dat er per tramrit een ontvangst was van 5,45 waar
voor ongeveer 12 personen per rit werden vervoerd.
Het overige vervoer leverde in 1924 een dagontvangst op van gemiddeld
43,dit was per tramrit een bedrag van 4,
Voor een totale ontvangst van nog geen 10,moest dus een tram van
Schagen naar Wognum rijden - of in omgekeerde richting.
Gezien deze cijfers zal het duidelijk zijn dat verdere exploitatie van de
lijn niet haalbaar was.
De oorzaken konden worden gezocht in een teruglopend veevervoer en de
concurrentie van het opkomend autobusvervoerOverigens had men er te
weinig rekening mee gehouden dat het tramtraject was aangelegd door
een betrekkelijk dunbevolkt gebied met als gevolg een te gering aanbod
van passagiers.
Ondanks de ondernomen pogingen tot behoud, door het opgerichte comité
tot behoud van de tramlijn en de Kamer van Koophandel, kon men niet
verhinderen dat de stoomtramlijn Schagen - Wognum per 1 februari 1930
werd opgeheven.
\at Wit.
21.005,16
691,48
11.813,32
1.131,83
1.543,52