3. De rouwborden van Nijenburg
Amsterdam. In 1732-1733 werd Jacobus eigenaar van de
(nu niet meer bestaande) hofstede Dampegeest te Limmen
en kocht hij de rechten toebehorend aan de Heer van
Limmen. Overigens bezat de famiiie ook nog andere fraaie
buitenpiaatsen, het buiten Veiserhooft te Veizen en het huis
Rolland bij Overveen. De duidelijke rijkdom weerspiegelt zich
ook in de rouwkassen van de Heren in de Limmer kerk.
In de kerk bevindt zich daarnaast ook een houten epitaaf ter
herinnering aan de halfzuster van Jacob, Anna Maria (1722 -
1785), Vrouwe van Limmen.
Terugkomend op de wapenborden die door Tomson en Belonje
in 1945 van zolder werden gehaald en "in het daglicht gebracht
waren" vestigen we onze aandacht op de wapens die thans in
het huis te bekijken (en te bewonderen) zijn. Belonje geeft in
zijn artikel in de Nederlandsche Leeuw van 1945 aan dat de
vier wapenborden kunnen
worden beschouwd als
delen van rouwkassen
die in de Grote Kerk
in Alkmaar waren
geplaatst. We zullen de
wapenborden stuk voor
stuk bekijken.
Wapenbord 1, op hout
geschilderd (98 x 63
cm), is het wapen van
Machteld van Foreest
(1642-1721) getrouwd
met Gerard van Egmond
van de Nijenburg. Dit
echtpaar liet Nijenburg in
Heiloo bouwen. Hierboven
is dit wapen aangeduid
als onderdeel van de
rouwkas van Machteld
die in de Grote Kerk
Alkmaar heeft gehangen.
Het is een zogenaamd
alliantiewapen. Het toont
de verbintenis aan van
het geslacht Van Egmond
van de Nijenburg met
het geslacht Van Foreest
(de getande balk rechts).
Belonje schreef dat de
kroon ooit was getooid
met drie fleurons (bloem
of bladversieringen)
waarvan er nog slechts
Wapenbord2, Maria Wilh. Stoezak een, middenop de kroon,
bewaard is gebleven. Ook zijn twee keer drie parels afgebeeld.
De knoop onderin het kunstig gevlochten koord (cordelière) is
een heraldisch symbool dat door weduwen werd gebruikt.
Het houten wapenbord 2 (95 x 58 cm) kan worden
toegeschreven aan Maria Wilhelmina Stoezak (1733 - 1793).
Zij was gehuwd met Dirk van Foreest (1729-1782). Er is veel
overeenkomst met het wapen hierboven van Machteld van
Foreest. Ook dit wapen is een alliantiewapen. Naast de getande
balk van het wapen van Van Foreest is rechts het wapen van
de familie Stoezak afgebeeld, met de drie eikels. (Ook het
wapen van Akersloot.) Maria's vader, Zacheus Stoezak, was
vermogend geworden binnen de VOC. De rouwkas met dit
wapen was de laatste rouwkas die in de Grote Kerk Alkmaar
werd geplaatst.
Belonje gaf aan dat het lastig, zo niet onmogelijk is de twee
houtgesneden wapens (3 en 4) te identificeren. Wij willen toch
een poging doen na te gaan op wie deze wapens betrekking
zouden kunnen hebben, hoewel betrouwbare gegevens
ontbreken en ondanks de waarschuwing van Belonje: "Gissen
is dwaasheid".
Wij wijzen wapenbord 4 toe aan Jan van Egmond van de
Nijenburg (1618-1712). Hij stierf op 26 oktober 1712 op
94-jarige leeftijd. Hij werd op 3 november 1712 bijgezet in de
grafkelder in de Grote Kerk Alkmaar. Aldaar werd volgens de
documentatie ook een rouwkas voor hem geplaatst.
Wij gaan ervan uit dat het houtsnijwerk van dit wapenbord,
aanwezig op Nijenburg (zie afbeelding 15), het centrale deel
was van een voor Jan
bestemde rouwkas.
De afmeting van dit
wapen is 100 bij 77
cm. Het houtsnijwerk
is nu in slechte staat.
Stukjes hout zijn
verdwenen (o.a. van
de kop van de leeuw
links en de gekanteelde
dwarsbalken). De
beschadigde kroon
ligt los en boven de
kroon ontbreken
allerlei elementen.
Het wapen is ook nog
eens ernstig aangetast
door houtworm. Mede
daarom wordt het
wapen voor bezoekers
niet getoond op
Nijenburg. Opmerkelijk is nog dat de vormgeving van het
wapen veel eenvoudiger is dan het wapen dat hieronder wordt
beschreven.
Wapenbord 1, Machteld van Foreest
Wapenbord 4, Jan van E. v.d. N.
30