jaar gekapt. Veel bomen zijn gerooid in die tijd, veel hout ging
naar de houtveilingen. Nicolaas Beets, getrouwd met een
dochter Van Foreest, verbleef vaak op het landgoed. In zijn
Camera Obscura heeft hij mooie passages aan de houtkap op
Nijenburg gewijd.
Maar ik wilde van Koppermaandag spreken. Dan hebben
wij bijvoorbeeld hier de grote houtveiling, een publieke
feestelijkheid, oneindig vermakelijker dan een grote parade,
indien gij mij geloven wilt.
Tegen tien uren, half elf, komt dan eens kijken! Dan komen al
de boeren bij troepen door het bos slungelen, een Kennemer
boer heeft nooit enige haast, tenzij op de Alkmaarse kaasmarkt,
als het er op aankomt een goede plaats te 'bedekken'.
Langzamerhand naderen zij allen, de een met de handen op de
rug, en de ander met de handen in de zakken van 't wambuis,
ter plaatse waar de parken nederliggen, en waar de opgaande
bomen staan die, met een blutsje van de bijl en een nommer,
ten dode zijn opgeschreven, en zo onder de eersten als bij
de laatsten wordt naar gading gezocht. Elk hunner verbergt
zijn plan en drift om te kopen en zijn belangstelling om te zien
onder het volmaakste laconisme
Aan het kappen is een eind gekomen in de jaren twintig,
toen hout niet meer zo belangrijk was als grondstof voor
het koken en de verwarming vanwege de opkomst van gas.
Het bos bracht dus weinig meer op. Daar kwam bij dat er na
de Eerste Wereldoorlog een slechte economische periode
aanbrak. Verkaveling van het landgoed tot bouwgrond hing in
de lucht. De verkoop van hakhout, groente en fruit leverde niet
voldoende inkomsten op om het landgoed te onderhouden.
Daardoor was Jhr. Herpert van Foreest, zoon van Pieter en
vader van de laatste bewoonster mevrouw Jkvr. Snethlage-van
Foreest, gedwongen de functie aan te nemen van directeur
van N.V. Maatschappij voor Zwavelzuurbereiding v/h Ketjen in
Amsterdam. Toch was overdracht aan derden uiteindelijk niet
te voorkomen. Tot groot verdriet van Herpert moesten stukken
van het bosterrein worden afgesplitst. In 1928 werd het bos
tussen de spoorlijn en de Kennemerstraatweg verkocht aan
Vereniging Natuurmonumenten. De N.V. Nijenburg heeft
bovendien niet kunnen voorkomen dat het noordelijke deel van
het bos een villadorp werd: het Blockhovepark.
Maar het landgoed was bijeengehouden, dat was het doel,
en het bos kreeg de naam Heilooër Bos. De strook westelijk
van de spoorlijn werd het Overbos. Het doorzicht door de
Westerlaan moest behouden blijven, dat was een van de
voorwaarden. De vreugde onder de Heiloose bevolking was
groot. Uiteenlopende activiteiten vonden nu in het bos plaats
en iedereen kon eraan deelnemen.
Toch is het landgoed in de jaren '60 opnieuw bedreigd: er
waren plannen om dwars door het bos een grote aftakking van
de A9 te laten lopen. Hiertegen is met succes actie gevoerd. In
1966 zijn alle aandelen van de N.V. Nijenburg, met subsidie van
De aspergestekers aan het werk. Rechts, met hoed: Jhr. Pieter van Foreest; geheel links: Hendrik Kirpensteijn