Afb. 2: prins Bernhard verlaat hotel De Wereld in Wageningen in de blauwe Mercedes 540K (collectie Nederlands Instituut voor Militaire Historie). Rechtmatige eigenaar? Of de prins de rechtmatige eigenaar mag worden genoemd, kan worden betwijfeld. Uit de omschrijving van de auto valt op te maken dat het ging om een blauwe Mercedes. Bekend is dat de stoottroepen van de prins in de nacht van 1 op 2 mei 1945 twee auto’s uit de garage van de familie Krupp in Essen hebben gehaald. Krupp was de grote wapenleverancier van Hitler-Duitsland. Eén van deze auto’s was een bijzonder fraaie en nauwe lijks gebruikte blauwe Mercedes-Benz 540K ‘Kurz’ Spezial Roadster die door de stoottroepen aan de prins was aangeboden. Kort daarna werd de prins met deze auto gesignaleerd, zoals bijvoorbeeld op 5 mei 1945 bij hotel ‘De Wereld’ in Wageningen (afb.2) en vermoedelijk op of rond dezelfde dag bij Paleis Het Loo. (afb.3) Zware jongens Hierna werd Van der Horst nogmaals aan de tand gevoeld en nu begon hij te praten. Hij zou de auto van twee zware jongens’ hebben gekregen om hem naar België te brengen en daar te verkopen. Er zouden daar afnemers genoeg zijn. De auto die een vooroorlogse waarde had van naar schatting f 13.000,- zou voor f 6.000,- verkocht moeten worden. Op weg naar België was hij 50 meter voor de grens aangehouden door een Engelse officier van de grenswacht. Deze had de zaak niet vertrouwd en was met Van der Horst in de auto naar de commandant van de grensbewaking in Breda gere den. Deze had Van der Horst teruggestuurd naar Amsterdam om bij zijn commando de papieren voor grensovergang in orde te laten maken. het nummer CNF 588 en CNF stond voor Commander Netherlands Forces. Het werd snel duidelijk dat het hier om een auto van de staf van prins Bernhard ging. Wachtmeester Visser stelde zich daarop in verbinding met de transportafdeling van de staf in Millingen. Het nummer was daar bekend maar hoorde bij een andere auto, een Auburn. Toen wachtmeester Visser daarop meldde dat het om een blauwe Mercedes met een open dakconstructie ging, klonk er een vreugdekreet: ‘Dat is de auto van de prins!’ De rechercheurs zagen het toch iets anders en uiteinde lijk viel Van der Horst door de mand. Hij bekende zelf de zware jongen te zijn. Samen met een zekere Polder man, een andere BS-chauffeur uit Amsterdam, had hij de auto voor de woning van Reinierse weggehaald. Ook Polderman werd hierop gearresteerd en deze legde even eens een volledige bekentenis af. De prins was dus bestolen door twee van zijn eigen manschappen. Met een hartelijk woord van dank namens prins Bern- hard werd de Mercedes op 9 november 1945 door een luitenant van zijn staf weer uit Heiloo opgehaald, zodat deze weer bij zijn ‘rechtmatigen eigenaar’ (De Vrije Alkmaarder) terugkwam. 6 In plaats daarvan was hij naar Den Haag gereden om te proberen daar een afnemer te vinden, maar ook dat was op niets uitgelopen. Toen had hij zich opeens Verver herinnerd die hem wel eens had gezegd een auto van hem te willen kopen. Daarop had hij koers naar Heiloo gezet waar hij s avonds laat was aangekomen. Verver bleek niet genoeg contanten in huis te hebben maar hij zag wel mogelijkheden en daarop werd besloten de auto voorlopig maar in Heiloo te stallen. Een paar dagen eerder, op 30 april 1945, was rijkscom- missaris Seyss-Inquart in zijn grote zwarte Mercedes 770K naar Achterveld vertrokken om met de geallieerden te onderhandelen over voedseldroppings in het hongerende westen van het land. Onderweg was hij met zijn gevolg overgestapt in Canadese jeeps. Ook prins Bernhard kwam iets later in Achterveld voorrijden, verrassend genoeg in de grote open Mercedes van Seyss-Inquart. Deze was door leden van de Binnenlandse Strijdkrachten aangetroffen op de plaats waar de Duitse delegatie was overgestapt in de jeeps. Zij vonden dat de Prins deze auto maar moest gaan gebruiken omdat de rij kscom missar is hem zeer binnen kort toch niet meer nodig zou hebben. Bernhard gebruikte de zwarte 770K ook tijdens de onderhandelin- gen in Wageningen. Aanvankelijk zat op de auto nog het Duitse kenteken RK-1, verwijzend naar de Reichskommis- sar (afb.4).

Tijdschriften Regionaal Archief Alkmaar

Heylooer Cronyck | 2018 | | pagina 8