Woord vooraf
In deze decemberedide van de Heylooër Cronyck drie
artikelen die bij elkaar een heel lange periode in de
geschiedenis van Heiloo bestrijken. Van de oudheid via
de middeleeuwen over de vroege bewoning van ons dorp
naar de vroegmoderne tijd met de bouw van Nijenburg,
tot aan de komst van de moderne tijd door de aanleg van
het spoor.
In vervolg op haar artikel in de jubileumuitgave
van de Cronyck in 2014 brengt Silke Lange ons verder
op de hoogte over het archeologisch onderzoek in
Heiloo. Deze keer over recente vondsten in het ontwik
kelingsgebied Zuiderloo. Uit het daaruit volgend onder
zoek blijkt dat in onze omgeving al ongeveer 3500 jaar
sprake is van bewoning. Die interessante conclusie is
gebaseerd op de restanten van waterputten die in het
gebied gevonden zijn. Dat zijn belangrijke bronnen van
informatie over de leefomstandigheden en het voedsel
van de toenmalige bewoners. Daarnaast geven de gevon
den houten materialen ook aanwijzingen over boom
soorten die toen in onze streek voorkwamen. Interessant
is te lezen dat er materiaal is gebruikt van wijnvaten uit
het Rijnland die al in de 6de en 7de eeuw naar hier zijn
getransporteerd.
Dat er een historische band bestaat tussen Heiloo en
onze buurgemeente Egmond ligt voor de hand. Die
band is er natuurlijk op velerlei gebied, zoals gebruikelijk
bij gemeenten die aan elkaar grenzen. In hun artikel over
de nazaten van het Huis Egmond en de familie Van
Foreest zetten Peter van den Berg en Ina Blekemolen
uiteen hoe de geschiedenis van het Huis Nijenburg nauw
verweven is met de afstammelingen van de graaf van
Egmond. Tijdens het schrijven van het stuk kwam er
nog een interessant detail aan het licht. Jarenlang dach
ten we dat het portret dat in Nijenburg hangt van
bouwheer Gerard van Egmond van de Nijenburg toege
schreven kon worden aan de schilder G. van der Steur.
Echter, onderzoek door de curator van het Stedelijk
Museum in Alkmaar, Christi Klinkert, toonde aan dat
deze schilder hoofdzakelijk de interieurdecoraties van
het huis had verzorgd en dat het niet aannemelijk is dat
hij dit portret schilderde. In het volgende artikel staat
de zorg voor de armen in onze gemeente centraal. Een
onderwerp dat, dankzij de huidige sociale voorzieningen
en grotere welvaart, tegenwoordig in Heiloo minder
onder de aaandacht komt. Dat was wel in de 18e en 19e
eeuw wel anders. Jan de Gruyter legt uit hoe dit in
Heiloo geregeld was.
Een uitgebreid en deskundig geschreven artikel over
de komst van het treinverkeer naar Heiloo in de 19de
eeuw komt van de hand van de heer Admiraal. Uitge
breid gaat hij in op de voorgeschiedenis en de uiteinde
lijke realisatie van de spoorweg dwars door het dorp.
Leuk is het te lezen dat de oorspronkelijk bedachte
locatie van de halteplaats, later station, de nu nog onbe
bouwde strook grond langs het spoor bij de Kerkelaan
was. De Heiloose spoorweggeschiedenis heeft heel lang
geduurd. Een enkel artikel bleek dan ook niet voldoende
te zijn. In deze Cronyck leest u het eerste deel.
De vaste rubriek "Heiloo toen en nu van Dick Slag
ter gaat ditmaal over het Malevoort. Opvallend hoe het
landelijk karakter dat daar in 1965 nog aanwezig was nu
totaal is verdwenen. Van Dick zijn hand verscheen recent
het nieuwe stratenboek van Heiloo. Tevens kwam op 17
november een boek over de 1000-jarige geschiedenis van
de Witte Kerk uit, dat geschreven is door Jaap de Graaf.
Voor de redactie zijn deze heuglijke gebeurtenissen een
mooie aanleiding om een bespreldng van beide publica
ties op te nemen.
Tenslotte heeft de redactie afscheid genomen van
Jan de Gruijter. Jarenlang is hij lid van de redactie
geweest. Hij werd zeer gewaardeerd vanwege de vele
artikelen waarmee deze kenner van de geschiedenis van
Heiloo aan de Cronyck bijgedragen heeft. Alhoewel hij
al heel lang in het Gelderse Vorden woonde, kon de
redactie altijd op zijn inzet en aanwezigheid rekenen.
We vertrouwen erop dat u hiermee weer een interes
sante uitgave van de Heylooër Cronyck onder ogen hebt
gekregen. Wij wensen onze lezers veel leesplezier, fijne
feestdagen en een gezond en voorspoedig 2018 toe.
Namens de redactie
Jan C. van der Giessen
2