Heiloo en Oesdom zijn huwelijkse voorwaarden vastleggen voor zijn huwelijk met Johanna van Til uit Egmond-Binnen. De getaxeerde waarde van de inbreng van Johanna, waaronder meubilair, goud, zilver en juwelen, bedraagt dan zeshonderd gulden. Jan brengt zijn "kleederen alsmede linne en wollen" in. De waarde is niet ingevuld. Het geld komt duidelijk van Johanna. Nu Jan over geld kan beschikken, koopt hij in 1769 twee stukjes grond in de Oosterpolder voor vier honderd gulden en een huis met erf aan de Heeren- weg bij de meelmolen voor f 215,15. In 1771 verkoopt hij dit huis alweer voor f 220,-. Om toch onderdak te hebben, koopt Jan op dezelfde dag een ander, kleiner huis met erf van de Armenvoogden van Heiloo voor f 275,-. Dat huis staat in de Kerkbuurt tussen de Heerenweg en het Hollewegje. Al met al lijken deze transacties niet erg voordelig. Johanna overlijdt op 16 oktober 1777. De nagelaten goederen worden getaxeerd. Het goud, zilver en de juwelen gingen naar de zus van Johanna. Nog geen drie maanden later hertrouwt Jan alweer te Heiloo met Grietje Mooij, zijn nicht uit Egmond-Binnen. Kort na het sluiten van het huwelijk, in februari 1778, verkoopt hij zijn land in de Oosterpolder voor f 850,-. Hij koopt er niets anders voor terug. Wel komen er nu kinderen. Op 26 november 1788 koopt Jan op een veiling een klein stukje geestland voor elf gulden. Dit stukje grond droeg de naam "De Droone van Oudorp"en lag aan het St.Willibrorduswegje. Op 5 december 1791 geeft Grietje Mooij het over lijden van haar man aan. Jan werd ruim 57 jaar oud. Grietje blijft achter met een aantal kleine kinderen. De zekere welstand van vroeger is inmiddels verdwe nen. Uit een hypotheekbrief van 16 januari 1794 blijkt dat de weduwe van Jan tweehonderd gulden leent van de diaconie te Heiloo met als onderpand haar huis met erf, haar persoon en al haar goederen; niets uitgezonderd. De aflossing zal geschieden in vier jaarlijkse termijnen, gerekend vanaf 1 septem ber 1793. Op 12-8-1795 doet de diaconie echter pro deo aangifte van het overlijden van Grietje. Pro deo wil in dit geval zeggen dat er geen geld was voor de begrafenis. Alle nagelaten goederen komen nu in handen van de Diaconie. Deze laat in het kerke- raadsboekop 10 september 1795 aantekenen dat "is goed gevonden om de boedel aan te slaan, de goederen tot geld gemaakt, de ki7ideren voor onze rekening genomen om uit te besteden en onder ons opzicht te nemen. Terwijl de somma van de verkochte goederen in onze diakoniën kas is geborgen en verantwoord. Petrus Spoors" (De dominee). Het huisje in de Kerkbuurt waarin Jan eerst met Johanna en later met Grietje bijna 25 jaar heeft gewoond, wordt op 3 november 1795 door de Diaconie verkocht voor driehonderd gulden, terwijl het stukje grond "De Droone van Oudorp" op 31 december 1796 van de hand wordt gedaan voor tien gulden. De kerk hield, gesteld dat Grietje de aflossing van september 1794 nog heeft voldaan, een brutomarge van 160 gulden over op een lening van 200 gulden die uiteindelijk een looptijd van nog geen drie jaar heeft gehad. Financiering van de gemeentelijke armenzorg Omdat namens het plaatselijk bestuur Armenvoog den het beheer hadden over goederen van armen zonder kerk of familie, beschikte ook de lokale overheid - naast inkomsten uit collectes voor de armen, de zogenoemde armenbussen- over inkom sten uit schenkingen en uit nalatenschappen. Zo behoorden in 1743 tot de armen- en wezengoe deren in Heiloo: 't Huisje van Kleverlaan en nog twee huisjes, de Werkendels Kroft aan de Holleweg, 't Groot Selmisland, de Heylige Geest Acker en 't Heylige Geest Weytje. Een Heyligegeest Weid wordt ook genoemd in een register van verhuringen van 1727. Dat lag ten zuiden van de Westerdijk die liep tussen de huidige Zeeweg en het Zevenhuizen. Van het Armbestuur waren verder het Jan Klaasz. Weytje en een derde deel van de Camp over 't Die. In 1861 is het aantal armengoederen nog veel omvangrijker: huizen in de Kerkbuurt, de Overigel- aanbuurt (waaronder de Hofstee van Roel Lierke) en aan de Oosterzij. Verder een notweg ten zuiden en het Domineeswegje (Nic. Beetsweg), weilanden in Bollendorp, de Aafjesweid in Zevenhuizen, de Trijn Dirksweid in de Óverigelaanbuurt, de Groot- eskamp en het Aalmoesland, beide in de Malevoort. Tot de armengoederen hoorden ook stukken bouw land in de Kerkbuurt, in Bollendorp en in de 18 <zni

Tijdschriften Regionaal Archief Alkmaar

Heylooer Cronyck | 2017 | | pagina 20