Afb. 3: Op vrijdag 25 november 1927 werd het nieuwe raadhuis (architect D. Saal, aannemer M. van Steegofficieel
in gebruik genomen. Behalve de gemeentebestuurders en bun echtgenotes, de commissaris van de koningin in Noord-
Holland en de burgemeesters uit de omgeving, waren ook de dominee, de pastoor en de gemeentearts bij de feestelijk
gebeuren aanwezig. Op de foto komen onder andere voor, van links naar rechts en van voor naar achter: commissaris van
de koningin jonkheer Ro'ell, burgemeester jonkheer N. van Foreest, A.J.C. Maas Geesteranus, W. Bruul, en J. Ligthart;
daarachter onder anderen: mevrouw V.d. Vail, dr. L. Hoekstra, mevrouw Bruul-Lont, mevrouw Maas Geesteranus,
burgemeester Wendelaar van Alkmaar, mejujfrouw Maas Geesteranus, gemeentesecretaris Koelman van Alkmaar, dominee
D. Eilerts de Haan en pastoor A.J.M. Van Meeuwen.
Een speciale raadsvergadering
Voor de huldiging van de jubilaris was een bijzondere
openbare raadsvergadering belegd. Er waren vele geno-
digden: familieleden van de jubilaris, leden van het
ere- en uitvoerend comite, de hoofden van de scholen,
de directeuren van de muziekkorpsen, ambtenaren van
de gemeente en nog vele anderen. Zij begaven zich via
de door de bloemisten-patroonsvereniging smaakvol
versierde hal naar de Raadszaal waar wethouder Maas
Geesteranus het woord nam. (zie afb. 3)
Hij memoreerde dat hij 22 jaar lang het bestuur van Jhr.
Van Foreest van nabij heeft kunnen gadeslaan en had
niets dan lof voor diens grote werkkracht en werklust.
Een opsomming van alles wat de burgemeester in die
jaren in Heiloo tot stand had gebracht gaf hij niet, maar
hij constateerde wel dat de gemeente in die tijd in alle
opzichten ten zeerste vooruit was gegaan.
Als huldeblijk hebben de raadsleden op het trappen-
huis van het Raadhuis gebrandschilderde ramen doen
aanbrengen, vervaardigd door de glazenier Trautwein uit
Haarlem (zie omslag). De ramen stellen voor de familie-
wapens van het geslacht Van Foreest, het wapen van
Heiloo met daaronder het huis Nijenburg en de Witte
Kerk en zijn voorzien van de naam van de jubilaris met
de jaartallen 1903-1930. Naar de mening van Maas
Geesteranus was het feest een bewijs van toewijding van
de burgerij. Hij hoopte dan ook dat de burgemeester de
gemeente nog vele jaren zou mogen besturen en haar tot
steeds hogere bloei zal mogen brengen.
Ook het oudste raadslid, de heer P. van't Veer, getuigde
van de belangrijke vooruitgang van de gemeente in de
laatste 25 jaar. Van een weinig betekenend dorp was
Heiloo een gemeente geworden waarvan de naam met
ere tot ver buiten de provincie werd genoemd. Hij koos
zijn woorden als volgt:
"Wij hebben U leren kennen als een humaan mens, steeds
bereid het oor te lenen aan verzoeken ofklachten van wien
6 &3i