in 1863 bleek er een vijzel in te liggen met een diameter van 1,1 m. Van de molen is helaas geen afbeelding bekend. kwam na het uitbreken van de Eerste Wereldoorlog de overeenkomst van 1892 onder druk te staan door de snel oplopende steenkoolprijzen. De Boekelermeer wilde Afb. 9. Links molen Boekelerpolder 1879 en rechts molen Boekelerpolder op Google Earth 1. Molen van de Boekelerpolder op Topografische Militaire Kaart 1879, nabij het Noordhollands Kanaal. Dertien jaar later werd de molen afgebroken. 2. Dezelfde locatie rode molensymbooltje) op een luchtfoto van Google Earth, op de plaats van een bedrijfigebouw van GP Groot. Zeker na de overdracht van de molen waren de oude gronden langs de oostzijde van de Boekelermeer tot een echte polder geworden: de Boekelerpolder. Het geheel was door dijken omringd en bovendien kon de water- stand door bemaling met de molen worden beheerst. In 1879 besloot de toenmalige eigenaar van de Boekeler meer, jhr. mr. Pieter van Foreest, tot de bouw van een stoomgemaal. Ook de ingelanden van de Boekelerpolder gaven blijk de voordelen van stoombemaling op waarde te schatten. In 1892 trad het bestuur in contact met Van Foreest. Er werd een overeenkomst gesloten waarbij Pieter van Foreest tegen een jaarlijkse betaling van 200,- de bemaling van de Boekelerpolder op zich nam. Bij het gemaal van de Boekelermeer werd vervolgens een duiker in de ringdijk gelegd waardoor de polder zijn water kon lozen. Van Foreest wilde verder in ruil voor zijn instemming met de bemaling van de polder ook nog het terreintje hebben waarop de inmiddels in 1892 al gesloopte molen had gestaan, voor een van zijn zusters. Zoals we reeds bij de Boekelermeerpolder beschreven, meer geld zien van de Boekelerpolder. Gedeputeerde Staten kwamen er aan te pas om de twee polders tot overeenstemming te brengen. In mei 1920 werd er een nieuwe bemalingsovereenkomst gesloten waarbij de Boekelerpolder zolang de duurte aanhield per jaar /100,- extra betaalde. In 1922 begon de Boekelerpolder al aan te dringen op verlaging van deze buitengewone bijdrage, wat bij de Boekelermeer natuurlijk op protes- ten stuitte. Uiteindelijk bleef die extra bijdrage tot begin zestiger jaren gehandhaafd. Tijdens de wrijvingen tussen Boekelermeer en Boekeler polder werd in September 1918 door Gedeputeerde Staten een Bijzonder Reglement van Bestuur voor de Boekelerpolder afgekondigd. In dit reglement werden allereerst de grenzen van de Boekelerpolder nauwkeurig vastgesteld. Het regelde ook het onderhoud van de zuid- en noordgrens, respectievelijk de kade langs de tocht van de Noordermolen van de Groot-Fimmerpolder en de kade langs de uitwatering van de Boekelermeer. Verder werd het bestuur goed op poten gezet. 20

Tijdschriften Regionaal Archief Alkmaar

Heylooer Cronyck | 2015 | | pagina 22