Afb. 2. Topografische Militaire kaart 1897. De molens zijn dan al verdwenen, er worden stoomgemalen aangegeven. Pastelgroen de Boekelermeer(polder), pastelgeel de smalle Boekelerpolder. Aan de zuiclkant begrensd door de Zwarte- dijkspolder, aan de oostkant door het Noordhollands Kanaal en ten oosten dadrvan de Schermer. De bedijkers namen de werkzaamheden na de verlening van het octrooi voortvarend ter hand. In het voorjaar van 1568 kon met het malen worden begonnen. Er waren hiertoe twee achtkante watermolens geplaatst. De Boekelermeer was in het voorjaar van 1569 zover droog- gevallen dat de gronden op hun kwaliteit konden worden onderzocht en dat de verdeling van het nieuwe land onder de participanten plaatsvond. Naar alle waarschijnlijkheid waren de bedijkers zwaar teleurgesteld in de resultaten van hun onderneming. De kwaliteit van de drooggelegde gronden was maar matig. Her en der stuitte men onder een dun laagje moerassige grond zelfs op het blauwe zand van de oude strandvlakte. De bodem was bovendien ongelijk in hoogte, wat grote problemen met de waterhuis- houding met zich meebracht. Vier jaar nadat de Boekelermeer was drooggevallen werd deze weer onder water gezet in verband met het afweren van de Spaanse aanval op Alkmaar. De polder bleef vervolgens jaren onder water staan, maar dit betekende niet dat de ingelanden de onderneming hadden opgegeven. Bij de Oosterzijpolder noemden we reeds de in 1582 met de Boekelermeer gesloten overeenkomst die bepaalde dat de wateren van de Oosterzijpolder met de westelijke lus van de ringvaart van de Boekelermeer gemeen gemaakt zouden worden, alsmede de (ver)plaatsing van molens. Dit kon pas worden uitgevoerd na de herbedijking van de Boekelermeer waartoe in januari 1584 werd besloten. In de loop van 1585 werden vervolgens overeenkom- sten met de omliggende polders gesloten. Allereerst sloten de ingelanden in januari van dat jaar een akkoord met de ingelanden van een zeker poldertje in de zuidoosthoek van de Boekelermeer; de Boekeler polder. Het werd de laatsten op bepaalde voorwaar- den toegestaan hun poldertje aan de Boekelermeer vast te maken. Begin mei 1585 volgde een tweede overeenkomst met de Oosterzijpolder waarin het akkoord van 1582 verder werd uitgewerkt. De Oosterzijpolder nam voor/1.200,- een van de molens van de Boekelermeer over. De verplaatsing van de oude molen naar de zuidpunt van de Boekelermeer werd verder nog eens bevestigd. Ook in 1585 werd een akkoord gesloten met de gebruikers van de hoog gelegen gronden ten oosten van de Boekelermeer. De Boekelermeer nam daarin tegen betaling van /500,- de reparatie van het Bloe- mendalersluisje van de zogenaamde "Ooster Landen" over. Verder verplichtte de Boekelermeer zich tot het doortrekken van de oude Limmerdam met de erlangs lopende afwatering van Limmen en Bakkum, de Limmertocht, naar dit sluisje. Limmen en Bakkum gingen hiermede ook akkoord. 14 <mt

Tijdschriften Regionaal Archief Alkmaar

Heylooer Cronyck | 2015 | | pagina 16