Afb. 2In 1928poseert het bestuur van Voetbal Vereni-
ging Heiloo (WH) voor de Rustende Jager
probleem. Het stuk werd door de rooms-katholieke kerk
niet positief benaderd en dit leidde tot grote beroering.
Niet alleen pastoor Van Meeuwen protesteerde heftig
tegen opvoering ervan, maar ook menig burgemeester
uit de omgeving. Toch verleende de Heiloose burge
meester Jhr. N. van Foreest zijn toestemming. Verwon-
derlijk was dat niet, aangezien de relatie tussen de
bewoners van Nijenburg en de rooms-katholieke kerk
nooit rooskleurig was geweest.
Naarmate de onrust onder de katholieke inwoners
groeide kreeg Cor Nap het benauwd. Denkend aan zijn
potentiele klanten verzocht hij de burgemeester de
verleende vergunning in te trekken. Deze hield echter
voet bij stuk. De voorstelling vond plaats onder politie-
bewaking van de veldwachters Steen en Vos. Wei had
Nap uit voorzorg de meeste ramen eigenhandig dichtge-
spijkerd en dat bleek niet tevergeefs. Toch sneuvelden na
afloop nog enkele ruiten en werden er naar de spelers
stenen gegooid. Ondanks het feit dat in december 1924
in diverse kranten artikelen waren verschenen met
koppen als: 'Meneer Pastoor op oorlogspad', 'Allerzie-
len brengt splitsing', 'Oorlog in het dorp; een zielig
voorspel bij Allerzielen', roemde de pers de opvoering
en kreeg het toneelgezelschap alle eer. Het stuk is tot vijf
maal toe opgevoerd.
De gevolgen bleven niet uit. Er ontstond een grote
scheiding tussen katholiek en niet-katholiek Heiloo en
een verwijdering tussen de protestantse en de katholieke
inwoners. Er mocht geen protestantse noot meer uit een
katholieke toeter komen en er mocht geen katholieke
keeper meer in een protestants doel staan. De uitvoerin-
gen van katholieke verenigingen vonden voortaan niet
meer plaats in de Rustende Jager, maar in het Brunoge-
bouw aan de Mallevoortsdijk.
Pas in de jaren '50 en '60 zijn de betrekkingen genorma-
liseerd.
Sijtje Nap-Brouwer neemt de teugels in handen
In 1927 liet Cor Nap kleine verbouwingen uitvoeren.
De muren werden versterkt met pilasters, bij de diverse
ingangen werden portalen aangebracht en ter voorko-
ming van brand werden in de zoldering van de kleedka-
mers asbestplaten aangebracht. Een jaar later werd de
feestzaal geschikt gemaakt voor het geven van concerten.
Cor Nap overleed in 1935. Cor en Sijtje hadden vier
kinderen waarvan er een al jong was overleden. Naast de
zorg voor haar drie kinderen heeft Sijtje gedurende
enkele jaren de leiding gehad over het cafe. Om haar te
helpen kwam haar broer Cor Brouwer in de Rustende
Jager werken.
Afb. 3 Sijtje Nap-Brouwer
Sns 11