"O, dot gij mij hier eens zaagt in mijn lieve pastorij op mijn zalig dorpjen met
mijn wit, vriendelijk, lachend kerkjen wiens heldere spits boven de boomen
uitsteekt."
Dit schreef dominee-dichter Johannes Hasebroek in een brief in 1837 aan de
Amsterdamse schrijver E.J. Potgieter. De namen van beide auteurs zijn voor
de historie van Heiloo vastgelegd in namen van straten nabij de Oude Pasto
rij. Maar ook op andere manieren werd de geschiedenis van Heiloo vastgelegd.
Vooral in de periode na de Tweede Wereldoorlog nam de belangstelling voor de
historie van Heiloo toe. Dit leidde ertoe dat op 9 oktober 1974 de Vereniging
Oud Heiloo werd opgericht. In de veertig jaar daarna is nog veel meer dan daar-
voor onderzoek gedaan naar het verleden van Heiloo en zijn veel herinneringen
en getuigenissen beschreven.
In het "zalig dorpjen" met zijn "vriendelijk kerkjen" is vanaf het begin van het
ontstaan zo'n vierduizend jaar geleden tot het begin van de eenentwintigste
eeuw het woelen van de tijd' niet zonder hoogte- en dieptepunten gepasseerd.
In deze jubileumuitgave van de Heylooer Cronyck wordt een aantal episoden
van de historie van Heiloo onder de loep genomen.