Aft). 2: Topografische Militaire kaart (Bonneblad) 1879 Op de kaart de molen (1 Ir.M., midden). In blauiv is bet vgenaamde Slikland aangegeven, dat via degrondduiker (Gr.Dr.) afwaterde op de X'ennewaterspolder. Let op degrenspaal die is aangegeven bij de I renneivaterswg op de scheiding van de toenma- lige gemeente Egmond-Binnen en Heiloo. Degegrens is met een warte streepjeslijn aangegeven. polder een uit vier molenmeesters bestaand bestuur rijk was. De polder werd door een molen bemalen, die zijn water uitsloeg op de Egmonder Binnenvaart. Hij bemaalde tevens het zogenaamde Slikland of Slikpoldertje. Dit Slikland lag ingeklemd tussen de Schulpvaart en de Egmond-Binnenvaart en waterde door een duiker onder de laatstgenoemde vaart op de Vennewaterspolder af. De molen, een rietgedekte Noord-Hollandse binnenkruier, had een vlucht (diameter wieken- kruis) van 23 a 24 m en was uitgerust met een scheprad (diameter 5 m, breedte 37 cm). De waterlozing van het Slikland en het onderhoud van de duiker met bijbehorende schoeiing gaven in 1843 aanleiding tot ernstige moeilijkheden met de toenmalige eigenaar, Jacob Bommer. De burgemeesters van Egmond-Binnen en Heiloo kwamen er aan te pas om tussen het polderbestuur en Bommer te bemiddelen. Dit had succes. Er werd op 15 november 1843 in bij zijn van beide burgemeesters een akkoord gesloten waarbij de partijen overeenkwamen dat de duiker voorlopig mocht blijven. Wei kwamen alle kosten en risico's, een dijkdoorbraak inbegrepen, nadrukkelijk voor rekening van Bommer. In 1861 ontvingen de molenmeesters een schrij- ven van Gedeputeerde Staten waarin om allerlei inlichtingen werd verzocht in verband met de reglementering van de polder. Het provinciaal bestuur was toen al enkele jaren bezig de Noord-Hollandse waterschapswereld bestuurlijk op orde te krijgen. In 1854 was hiermee een eerste begin gemaakt door de afkondiging van het Alge- meen Reglement van Bestuur voor de waterschap- pen. Vervolgens kreeg waterschap na waterschap 50 <yN

Tijdschriften Regionaal Archief Alkmaar

Heylooer Cronyck | 2014 | | pagina 52